Heb jij een uitdagende vraag over beveiliging, recht en privacy, stel hem aan ICT-jurist Arnoud Engelfriet
en maak kans op zijn boek "De wet op internet".
Arnoud is van alle markten thuis, maar vindt vooral in technische / hacking vragen een uitdaging. De Juridische vraag is een rubriek op Security.nl, waar wetgeving en security centraal staan. Elk kwartaal kiest Arnoud de meest creatieve vraag, die dan zijn boek zal ontvangen.
Vraag Wat kan ik doen als mijn gegevens (buiten mijn schuld om) op straat belanden. Is het verantwoordelijke bedrijf hierop aan te spreken en kan ik te weten komen of mijn gegevens wel in veilige handen bij een website of onderneming zijn?
Antwoord Een bedrijf dat je persoonlijke gegevens opslaat, heeft de wettelijke plicht deze "afdoende" te beschermen tegen misbruik door derden (én door medewerkers). Artikel 13 Wet Bescherming Persoonsgegevens: De verantwoordelijke legt passende technische en organisatorische maatregelen ten uitvoer om persoonsgegevens te beveiligen tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking. Deze maatregelen garanderen, rekening houdend met de stand van de techniek en de kosten van de tenuitvoerlegging, een passend beveiligingsniveau gelet op de risico's die de verwerking en de aard van te beschermen gegevens met zich meebrengen. De maatregelen zijn er mede op gericht onnodige verzameling en verdere verwerking van persoonsgegevens te voorkomen.
Wat precies 'passend' is, is in het algemeen niet te zeggen. Het hangt af van het soort gegevens, de hoeveelheid gegevens, de manier van verwerking en opslag en nog veel meer. Voor je Thunderbird-adresboek (ook een opslag van persoonsgegevens) hoef je minder beveiligingsmaatregelen te nemen dan voor patiëntdossiers in een ziekenhuis.
Verder heb je als betrokkene het recht om bedrijven te vragen welke gegevens ze over je bewaren, wat ze daarmee doen en hoe ze die beveiligen(!). Zie artikel 35 en verder. Volgens artikel 36 heb je daarna het recht om je gegevens te laten aanpassen of zelfs te laten verwijderen. Dat laatste alleen als het bedrijf ze redelijkerwijs niet meer nodig heeft. Een debiteur kan zijn adres dus niet uit de financiële administratie laten verwijderen, maar een klant kan zich te allen tijde laten uitschrijven van de nieuwsbrief.
"Over onze beveiliging kunnen we vanuit security-oogpunt geen mededelingen doen" is daarbij geen argument om inzage te mogen weigeren, maar bedrijven proberen het nog wel eens. Enig aanhouden kan dus nodig zijn.
Worden deze plichten geschonden, dan kun je (art. 49 WBP) een schadeclaim indienen bij de verantwoordelijke. In theorie kun je dus een ziekenhuis aanspreken als ze een USB-stick kwijtraken met jouw persoonsgegevens erop. Helaas is dan het probleem dat je niet kunt aantonen welk bedrag je aan schade hebt geleden. Emotionele schade wordt niet vergoed (behalve in uitzonderlijke gevallen), de rechter wil graag bonnetjes zien. En dat zal niet meevallen bij persoonsgegevens.
Persoonlijk zou ik het een zeer goed idee vinden als er een vast schadebedrag in de wet zou komen te staan: een persoonsgegeven kost 100 euro. Publiceer je per abuis mijn naam, dan krijg ik 100 euro van je. Komt een stick met 100.000 naam / adres / woonplaats-records op straat, dan is dat dus een schadepost van 30.000.000 euro voor het bedrijf. Dat zou wel een stimulans moeten zijn om die stick te versleutelen.
Arnoud Engelfriet is ICT-jurist, gespecialiseerd in internetrecht waar hij zich al sinds 1993 mee bezighoudt. Hij werkt als partner bij juridisch adviesbureau ICTRecht. Zijn site Ius mentis is één van de meest uitgebreide sites van Nederland over internetrecht, techniek en intellectueel eigendom. In 2008 verscheen zijn boek "De wet op internet".
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.