Corona-apps die van de door Apple en Google ontwikkelde API gebruikmaken kunnen niet goed de afstand tussen reizigers in het openbaar vervoer vaststellen, zo heeft onderzoek van het Trinity College Dublin aangetoond. De meeste corona-apps in Europa, waaronder ook de Nederlandse, werken met de Google/Apple Exposure Notification API.
Deze API moet zorgen voor interoperabiliteit tussen Android- en iOS-toestellen die van gedecentraliseerde bluetooth corona-apps gebruikmaken. De ontwikkelaars van de corona-apps kunnen aangeven wanneer een andere app-gebruiker als contact moet worden geregistreerd. Meestal gaat het om iemand die vijftien minuten lang binnen een straal van twee meter in de buurt van de gebruiker is geweest.
Voor het onderzoek lieten de onderzoekers deelnemers steeds om de vijftien minuten op een andere plek in een tram in Dublin zitten. Vervolgens werden de detectie-instellingen van de Duitse, Italiaanse en Zwitserse corona-apps gebruikt om te kijken of die een "exposure notification" zouden geven. Bij de Duitse en Zwitserse detectie-instellingen zorgt de verzamelde onderzoeksdata voor geen enkele melding. De Italiaanse detectie-instellingen zorgen in vijftig procent van de gevallen voor een terechte melding, maar geven in vijftig procent ook een onterechte melding voor contacten die op een afstand van meer dan twee meter hadden plaatsgevonden.
Volgens de onderzoekers is er in trams weinig correlatie tussen de ontvangen signaalsterkte en afstand tussen telefoons. De prestaties van de gebruikte detectie-instellingen blijken net zo nauwkeurig te zijn als een willekeurige selectie van deelnemers aan het onderzoek, ongeacht hoe dicht die bij elkaar waren, merken de onderzoekers op. Die leggen de oorzaak bij de reflecties van de metalen zijkanten, vloer en plafond van de tram.
Verder blijkt dat de richting van twee smartphones een grote invloed op de ontvangen signaalsterkte heeft. "In binnenomgevingen kunnen muren, vloeren en plafonds radiosignalen reflecteren, zelfs wanneer ze niet in een direct pad tussen zender en ontvanger zijn, en zo de ontvangen signaalsterkte versterken of verzwakken", zo stellen de onderzoekers.
"Wat we zien is dat zelfs kleine aanpassingen in de richting van de telefoon een groot verschil kunnen maken", zegt onderzoeker Doug Leith tegenover Vice Magazine. "Zelfs iets eenvoudig als wanneer de telefoon op een tafel op de voorkant of achterkant ligt kan een verrassend sterk effect hebben. Het gebruik van bluetooth voor contactonderzoek werkt niet in omgevingen zoals een tram."
Ashkan Soltani, onafhankelijk onderzoeker en voormalig hoofdtechnoloog van de Amerikaanse toezichthouder FTC, maakt zich zorgen over de uitrol van corona-apps. "Gegeven dit onderzoek, en soortgelijke onderzoeken, vind ik het verontrustend dat zoveel openbare gezondheidsdiensten en scholen zich haasten om een technologie uit te rollen die aanzienlijke risico's van misbruik en manipulatie introduceert."
Volgens Soltani is het een voorbeeld van "tech determinisme", waarbij ongeteste technologie wordt uitgerold onder een utopische visie dat het alle problemen zal oplossen, terwijl de oplossingen in werkelijkheid allerlei nieuwe problemen introduceren die veel grotere zorgen met zich meebrengen.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.