Er zijn vooralsnog geen aanwijzingen dat de ransomware-aanval op de grootste brandstofpijplijn van de Verenigde Staten het werk is van Rusland, zo stelt de Amerikaanse president Biden. Wel is er bewijs dat de aanvallers vanuit Rusland opereren, aldus Biden die een verklaring over de aanval gaf.
Door de aanval op de Colonial Pipeline Company is de brandstofvoorziening aan de Amerikaanse oostkust ernstig verstoord. Het ministerie van Energie werkt nu samen met het bedrijf om de pijpleidingen weer operationeel te krijgen. Biden wijst ook naar de regionale noodtoestand die in achttien staten is uitgeroepen waardoor chauffeurs die brandstof vervoeren nu meer of flexibelere uren werken. Daarnaast mag er ook meer brandstof via tankers worden vervoerd.
De Amerikaanse president zegt dat er aanvullende maatregelen genomen kunnen worden, afhankelijk van hoe snel de brandstofpijplijn weer volledig operationeel is. Biden kreeg van journalisten de vraag of de VS wel in staat is om de vitale infrastructuur tegen een statelijke actor te beschermen, aangezien het criminelen al lukt om die plat te leggen. Daarop liet Biden weten dat de VS de belangrijke systemen zowel tegen criminelen als landen kan verdedigen.
Verder werd de president gevraagd of Rusland bij de aanval betrokken is. "Tot nu toe zijn er geen aanwijzingen van onze inlichtingenfunctionarissen dat Rusland betrokken is. Er is wel bewijs dat de aanvallers vanuit Rusland opereren. Rusland heeft dan ook enige verantwoordelijkheid om dit aan te pakken." De aanval op de pijplijn is uitgevoerd door de groep achter de DarkSide-ransomware. Eerder liet een onderzoeker al weten dat deze ransomware geen systemen in landen uit de voormalige Sovjet-Unie infecteert.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.