Via openbare registers worden allerlei persoonsgegevens van burgers gedeeld, maar zijn dergelijke registers eigenlijk nog wel van deze tijd? Die vraag stelt Anna Berlee, hoogleraar Gegevensbescherming en Privacyrecht aan de Open Universiteit, volgende week tijdens haar oratie.
Er zijn allerlei open registers met bijvoorbeeld gegevens over vermogen, burgerlijke staat of bekwaamheid van personen. Bij het instellen van dit soort registers is besloten dat de (persoons)gegevens gedeeld mogen - of zelfs moeten - worden, omdat die openbaarheid het mogelijk maakt een bepaalde publieke waarde te verwezenlijken, stelt Berlee.
Transparantie voor de rechtszekerheid in het handelsverkeer is bijvoorbeeld de aanleiding om een openbaar register te hebben waarin kan worden opgezocht of iemand die zegt dat hij bestuurder van een bedrijf is, dit ook daadwerkelijk is. Of registers waarin het adres is te vinden om een dagvaarding naartoe te sturen. Ook zijn er registers met beroepskwalificaties, zoals de BIG-registratie voor zorgmedewerkers. Openbare registers zijn ook kwetsbaar voor misbruik, zoals eerder bleek met het Handelsregister van de Kamer van Koophandel of het Kadaster.
Met een paar klikken is het mogelijk om van alles over iemand te weten te komen, zeker wanneer gegevens uit meerdere openbare bronnen worden gecombineerd. Zo konden woonadressen van journalisten, politici en advocaten worden opgevraagd, om die vervolgens te intimideren of bedreigen. Om misbruik tegen te gaan wordt er vaak gekeken naar wetgeving.
Berlee roept in haar oratie op om de noodzaak van openbare registers zelf weer eens kritisch onder de loep te nemen. Zo zal ze onder andere een raamwerk presenteren aan de hand waarvan bepaald kan worden of een openbaar register de juiste balans heeft gevonden tussen openbaarheid en privacy. De oratie zal donderdag 22 september live om 16.00 uur worden uitgezonden via Vimeo.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.