De PvdA heeft weer vragen over fraude met internetbankieren aan de minister van Financiën gesteld. Dit keer wil Kamerlid Nijboer weten bij wie op dit moment de bewijslast ligt in het geval van fraude bij online bankieren. Nijboer vindt dat de bewijslast bij banken moet liggen en dat consumenten niet via bezwaarprocedures, het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) en eventueel de rechter hun gelijk moeten halen.
Ook wil het Kamerlid van de minister weten wanneer consumenten nu precies nalatig zijn. Onlangs werd duidelijk dat banken dezelfde gevallen verschillend behandelen. "Deelt u de mening dat banken uniforme standaarden moeten hanteren voor het vergoeden van schade door fraude bij internetbankieren?", zo vraagt Nijboer.
Nalatigheid
Verder moet de minister beoordelen wat precies onder nalatig gedrag valt. Het gaat dan om het opschrijven van de pincode of internetbankier-code, het opschrijven van een code in versleutelde vorm, de codes op een briefje in een kluis bewaren en het opslaan van bankgegevens in de telefoon, zoals door de Consumentenbond werd geschetst.
De vragen die Nijboer in oktober over internetbankieren stelde, werden onlangs door de minister beantwoord. Daaruit kwam naar voren dat consumenten in het geval van fraude in beginsel tot een bedrag van 150 euro verantwoordelijk zijn.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.