De officier van justitie heeft tegen twee minderjarige verdachten die met geweld virtuele voorwerpen zouden hebben gestolen, werkstraffen van 180 uur en een voorwaardelijke jeugddetentie van vier weken met een proeftijd van twee jaar geëist. De verdachten, twee jongens uit Leeuwarden van 14 en 15 jaar, zouden vorig jaar september een toen dertienjarige plaatsgenoot met geweld hebben gedwongen om zijn virtuele goederen uit het spel RuneScape naar hun account over te boeken.

De beide verdachten dwongen het slachtoffer, die zij van school kenden, om met een van hen naar huis te gaan, waar hij vervolgens werd geschopt, geslagen en met messen werd bedreigd. Het slachtoffer boekte vervolgens zijn items over naar de verdachten. Volgens justitie staat in deze zaak de vraag centraal of virtuele voorwerpen als ‘goederen’ kunnen worden beschouwd, die kunnen worden ‘weggenomen’ zodat er sprake is van diefstal.

De officier liet weten dat virtuele items van het spel Runescape, in een tijd waarin het winnen, verzamelen of verkrijgen van objecten in de virtuele wereld een steeds prominentere plaats innemen, als goederen te beschouwen zijn. Als deze goederen - volgens vaste rechtspraak - daarnaast voor de bezitter waarde hebben en de eigenaar ervan er niet meer over kan beschikken, is er sprake van diefstal. Volgens de officier voldoet het gepleegde feit aan deze voorwaarden en kan het daarom als diefstal gekwalificeerd worden. De rechter doet op 21 oktober uitspraak.