Heb jij een uitdagende vraag over beveiliging, recht en privacy, stel hem aan ICT-jurist Arnoud Engelfriet
en maak kans op zijn boek "De wet op internet".
Arnoud is van alle markten thuis, maar vindt vooral in technische / hacking vragen een uitdaging. De Juridische vraag is een rubriek op Security.nl, waar wetgeving en security centraal staan. Elk kwartaal kiest Arnoud de meest creatieve vraag, die dan zijn boek zal ontvangen.
Vraag: Als gevolg van mijn werk komt mijn naam soms in papieren stukken terecht. Zonder mijn medeweten en zonder mijn toestemming zijn een aantal van die papieren stukken nu ingescand en op internet gezet met mijn naam dus. Ik heb daar bezwaar tegen gemaakt, maar dat wordt terzijde geschoven met argumenten als "dat kan niet want we scannen alleen een stuk papier" of "dat zou valsheid in geschrifte zijn". Wat zijn mijn rechten?
Antwoord: Op grond van de Wet Bescherming Persoonsgegevens kun je optreden tegen publicatie van je naam in een context waar je geen toestemming voor hebt gegeven. Degene die het stuk publiceert, moet dan aantonen dat er een noodzaak is om je naam toch te publiceren. Een journalistiek stuk is bijvoorbeeld zo'n noodzaak, maar ook het uitvoeren van een wettelijke plicht valt daaronder.
Het feit dat het gedoe is, is geen argument. Het lijkt me bij het scannen een kleine moeite om even met een zwarte stift de naam van de medewerker uit te vegen. Over het algemeen is die niet relevant voor het stuk, dus er is dan geen reden om hem niet weg te halen als daarom wordt gevraagd.
Valsheid in geschrifte is nogal vergezocht. Het gaat er niet om dat je andermans naam neerzet (dat mag inderdaad niet) maar dat je een irrelevante naam onleesbaar maakt. Dat tast de echtheid van het stuk niet aan lijkt me zo. Als het stuk iets over die persoon zegt, dan ligt dat anders. Zonder naam heeft het stuk dan geen waarde meer. Denk aan een vergunning(aanvraag) of een verklaring van erfrecht. Wel vraag ik me dan af waarom het stuk op internet moet.
Dit probleem doet zich nogal eens voor bij bouwvergunningen. Het ministerie van VROM heeft daar richtlijnen voor opgesteld. Hierin wordt onder andere aanbevolen om PDF-bestanden niet doorzoekbaar te maken voor zoekmachines, en om gegevens zoals het BSN van de aanvrager altijd weg te laten voordat je publiceert. Dat lijkt mij een prima manier om dit op te lossen. De aanvrager blijft dan bekend maar alleen wie echt bezig is met die materie kan zien wie er een vergunning aanvraagt.
Arnoud Engelfriet is ICT-jurist, gespecialiseerd in internetrecht waar hij zich al sinds 1993 mee bezighoudt. Hij werkt als partner bij juridisch adviesbureau ICTRecht. Zijn site Ius mentis is één van de meest uitgebreide sites van Nederland over internetrecht, techniek en intellectueel eigendom. In 2008 verscheen zijn boek "De wet op internet".
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.