Het plan van de Amerikaanse overheid om in het geval van een cyberoorlog het internet via een kill-switch uit te schakelen, kan meer problemen veroorzaken dan het oplost. Dat laat de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OECD) in een nieuw rapport weten. Het rapport bekijkt de risico's en gevolgen van cyberaanvallen en stelt dat er neiging tot overdreven taalgebruik is. Ook is er geen overeenkomst over de gebruikte terminologie en is er een te grote afhankelijkheid van militair oorlogsdenken.
Verder stelt het OECD dat de kans op een echte cyberoorlog zeer klein is. Veel belangrijke systemen zijn tegen bekende exploits en malware beschermd. Daardoor moeten aanvallers nieuwe beveiligingslekken ontdekken en exploits ontwikkelen. "De gevolgen van cyberaanvallen zijn lastig te voorspellen. Aan de ene kant kunnen ze minder krachtig dan gehoopt zijn, maar ze kunnen ook schadelijke gevolgen hebben door de verbondenheid van systemen." Daardoor zouden zowel aanvallers als slachtoffers met ongewenste schade te maken kunnen krijgen. Daarnaast is het onwaarschijnlijk dat een aanvaller slechts één soort wapen zou gebruiken.
Kill-switch
De auteurs van het rapport halen ook uit naar de beruchte Amerikaanse kill-switch, zoals die door de Amerikaanse senaat in juni 2010 werd voorgesteld. "Zeer eenvoudig gesteld kan het internet niet echt worden uitgeschakeld, omdat het geen middelpunt heeft. "In het geval van een ramp zou je artsen prioriteit willen geven, maar ze gebruiken dezelfde downstream internetfaciliteiten als de rest van de bevolking en er is geen eenvoudige manier om ze te identificeren."
Een gelokaliseerde internet kill-switch zal volgens de onderzoekers dan ook behoorlijke ongewenste gevolgen hebben. Daarnaast zouden overheden niet alleen hun eigen middelen moeten proberen te beschermen, maar ook die van burgers. Uit eerder onderzoek bleek dat een meerderheid van de Amerikanen voorstander van een kill-switch is.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.