Voor de eerste keer in de geschiedenis van veel landen werken vier verschillende generaties op de werkvloer en dat kan gevolgen voor de beveiliging van bedrijfsgegevens hebben. Niet alleen beginnen we tegenwoordig eerder met werken, we blijven ook langer doorgaan. De generaties kijken echter elk verschillend tegen beveiliging aan, aldus Ray Staton, hoofd Business Continuity van British Telecom (BT). Gingen jongere en oudere werknemers in het verleden nog anders met directie en elkaar om, vandaag de dag worden de regels continu veranderd en zijn die niet meer zo duidelijk gedefinieerd. Ook hebben verschillende leeftijdsgroepen verschillen voorkeuren voor bepaalde technieken en technologieën, die elk weer hun eigen uitdagingen met zich meenemen.
In tegenstelling tot wat veel mensen denken zijn het niet alleen de werknemers van generatie Y die een "gevaar" op de werkvloer vormen. Net zoveel mensen van generatie X nemen hun MP3-speler mee en downloaden allerlei spullen als ze dat kunnen. Voor de jonge generatie is het delen, verspreiden en achterlaten van data onderdeel van hun leven, merkt Stanton op. Dit gedrag is onder andere te zien op sociale netwerksites, zoals Hyves, Facebook en MySpace. "Ze geven niet om hun eigen informatie."
Als je de oudere generatie neemt, dan geven die meer om hun persoonlijke gegevens "Dat betekent ook dat ze meer om de bedrijfsgegevens geven." Toch betekent dit niet dat de jongere generatie niets om de informatie van de zaak geeft. "Ze begrijpen de noodzaak voor regels en beveiliging." Deze groep zal bestaande regels eerder uitdagen en er vragen bij stellen. De vier generaties zijn als volgt te omschrijven: Veteranen (1922 - 1945), Baby Boomers (1946 - 1964), Generatie X (1965 - 1980) en Generatie Y (1981 - 2000).
iPod
Dit heeft gevolgen voor de manier waarop bedrijven deze groep onderwijzen en trainen en aanspreken op gedrag. "Het gaat erom dat je ze laat zien dat je bedrijfsgegevens niet op dezelfde manier als persoonlijke informatie behandelt." Vaak zijn werknemers zich niet bewust van de risico's als ze bedrijfsgegevens op een blog plaatsen. "Het is niet zo dat het ze niet kan schelen, maar ze begrijpen de geassocieerde risico's gewoon niet." De jonge generatie beschouwt technologie als vervangbaar gebruiksvoorwerp. Het kan dan gaan om apparaten of applicaties waar ze zich massaal op storten om vervolgens verder te gaan. Na deze eerste fase zijn het de oudere generaties die zich de applicaties en apparaten eigen maken en hier langer mee werken.
Het percentage gebruikers onder de oudere generaties is vaak veel groter dan bij de jonge generatie, die al weer met iets nieuws bezig zijn. "Generatie Y dwingt bedrijven om bijvoorbeeld iPods of downloaden toe te staan." Deze groep introduceert nieuwe technologieën en diensten binnen bedrijven, die hier vaak huiverig tegenover staan en zeggen dat er geen ruimte voor is. Uiteindelijk wordt het toegestaan, maar zijn het generatie X en ouder die vaak in de "heavy users" veranderen. De jongeren zetten de deur open, zodat de ouderen er gebruik van kunnen maken. Stanton noemt het ironisch dat jongeren altijd als het gevaar van de werkvloer worden beschouwd, terwijl het de ouderen zijn die het vaakst aan de technologie verknocht zijn. Het gebruik door de oudere generaties vormt dan ook een groter risico.
Worsteling
Bedrijven worstelen met het integreren van nieuwe technieken en technologieën en zijn hier ook bang voor, met name omdat het de jongere generatie is die het aanduwt. Zodra de technologie wordt geaccepteerd, moet het ook beheerd worden. Om de dreiging op te pakken moeten bedrijven over een helder securitybeleid beschikken. "Het maakt niet uit dat het eng is, het is een applicatie. Gebruik je normale controles ervoor." Stanton merkt op dat teveel bedrijven stil blijven staan bij het idee dat het om een enge applicatie gaat, terwijl het in werkelijkheid alleen een programma of service is die beveiligd moet worden.
De tweede uitdaging is het bewustzijn van het personeel en daar zijn grote verschillen zichtbaar in de manier waarop de vier generaties te bereiken zijn. Denk aan ethiek, gebruik, gedrag en de manieren waarop geleerd wordt. Als je aan de oudere generatie iets oplegt zullen ze dat sneller accepteren. Generatie X zal nieuw beleid uitdagen, maar zolang ze ermee kunnen werken, accepteren ze het, terwijl Generatie Y onverschillig is en op dezelfde manier doorgaat.
Trainingen moeten zich daarom op elk van de vier generaties richten. Als de boodschap op één manier wordt aangeleverd, zal die uiteindelijk niet bij iedereen aankomen. "En daar gaan de meeste bedrijven de mist in." De meeste organisaties organiseren voor iedereen één awareness training, als ze die al geven. "Het gaat erom dat je geen nieuwe risico's voor je onderneming introduceert, dat je een omgeving creëert die nog steeds innovatief voor het talent en de jongere generatie is." Volgens Stanton doen bedrijven dat niet door het verbieden van technologieën. Uiteindelijk zijn het deze tools die vaak het bedrijf helpen om zich te innoveren. Het grootste probleem is dan ook niet beveiliging, maar het personeel en hun gedrag, zegt Stanton.
Boodschap
Kleine bedrijven met meerdere generaties personeel, maar die voor één security training geld hebben, hoeven niet bang te zijn dat de boodschap niet overkomt, zolang ieders behoefte in die ene sessie aan bod komt, gaat Stanton verder. De boodschap moet op verschillende manieren "verkocht" worden. Zo is de oudere generatie graag op papieren informatie gesteld. "Ze hebben graag iets in hun handen". De jongere generatie daarentegen kijkt liever naar een scherm met flitsende “graphics”. Tijdens een sessie zou men dus de ouderen een handout kunnen geven, terwijl dezelfde informatie ook op het scherm te vinden is.
Stanton merkt op dat kleine bedrijven, waar vaak geen "dedicated" security professional rondloopt, er meer baat bij hebben om die persoon die voor de beveiliging verantwoordelijk is, een training te geven. De oplossing is in ieder geval niet meer technologie aanschaffen. "Mensen verwerken technologie. Onderwijs mensen, werk met ze en leer ze de technologie te begrijpen.” Bedrijven moeten naar hun eigen omvang en complexiteit kijken om te bepalen wat nodig is en wat niet. "Wat is het nut van een proces van 50 pagina's als het bedrijf 30 werknemers heeft."
Campagnes
De aanpak geldt niet alleen bedrijven, maar ook voor overheden en instanties die veilig internetgebruik bij eindgebruikers willen bevorderen. Veel campagnes zijn volgens Stanton te breed en missen daardoor alle doelgroepen. In Groot-Brittannië gebruikt de overheid tegenwoordig op maat gemaakte campagnes die zich op een bepaalde leeftijd richten. Dat betekent wel dat er moeite gedaan moet worden, maar dat betaalt zich uiteindelijk uit in een betere persoonlijke beveiliging en privacy en het beter begrijpen van de gevolgen als men "online leeft".
Met name generatie Y, die met het internet is opgegroeid, gaat anders met autoriteit om. Ook is deze groep meer gericht op wat er voor hen in zit. "Om de boodschap over te brengen moet je het relevant maken." Stanton geeft als voorbeeld zijn dochter op de lagere school, die aan de lerares vraagt of er wel een firewall of virusscanner is gesteld. “Ze weet niet precies wat het is, maar weet dat het de slechte dingen buiten houdt.” Omdat de jonge generatie graag nieuwe dingen wil krijgt dat de aandacht, maar uiteindelijk ligt het probleem vanwege het overmatige gebruik en de manier waarop dit gebeurt, bij de dertig plussers.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.