Joseph Atick is één van de grondleggers van de moderne gezichtsherkenningstechnologie, maar de biometrie-pionieer vreest voor misbruik van zijn creatie. Na de ontwikkeling van de technologie in de jaren 1990 startte Atick een bedrijf en richtte zich met zijn gezichtsherkenningsoplossingen op overheden.

Die konden de technologie gebruiken om misdadigers te identificeren of identiteitsfraude te voorkomen, zo laat Atick tegenover de New York Times weten. Mede dankzij zijn ondernemerschap is biometrie inmiddels een miljardenbusiness geworden, waar in 2012 naar schatting 7,2 miljard dollar in omging.

Zorgen

Atick maakt zich echter zorgen over de ontwikkelingen. Het gaat dan met name om bedrijven en overheden die gezichtsherkenningstechnologie inzetten zonder dat de mensen die worden geïdentificeerd dit weten. En ook hoelang de gezichtsgegevens worden bewaard en voor welke doeleinden. Op het internet mogen mensen dan overal gevolgd worden, op de straat is dit nog niet het geval, maar Atick is bang dat biometrie dit zal veranderen.

Gezichtsherkenning zou namelijk grootschalige surveillance mogelijk maken, "waarbij iedereen van zijn anonimiteit wordt beroofd", stelt Atick. Dat zou er vervolgens voor kunnen zorgen dat mensen hun normale gedrag op straat gaan aanpassen. De biometrie-pionier wijst naar documenten van Edward Snowden. Als bedrijven straks op grote schaal de gezichtsgegevens van burgers hebben verzameld, kan er een moment komen dat overheidsinstanties hierom gaan vragen, net zoals bij telecombedrijven gebeurde.

Atick raadt bedrijven dan ook aan om waarschuwingen op te hangen als ze gezichtsherkenning gebruiken, toestemming van een consument te vragen voordat een gezichtsscan aan een unieke identificatie wordt gekoppeld en de gezichtsscans alleen te gebruiken voor het doel waarvoor ze verzameld zijn. Dit zou moeten voorkomen dat bedrijven in het geheim personen in de echte wereld koppelen aan hun online identiteit.