Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is niet van plan de stemfie te verbieden. Wel zal er in de voorlichting bij volgende verkiezingen aandacht worden geschonken aan het stemgeheim en dat mensen zich niet gedwongen moeten voelen om te laten weten op wie ze stemmen.

De stemfie kwam tijdens de gemeenteraadsverkiezingen in maart op als nieuw fenomeen, waarbij kiezers een foto van zichzelf in het stemhokje maakten, soms inclusief het ingevulde stembiljet. "Het is positief dat kiezers blijk geven van deze betrokkenheid. De stemfie heeft echter ook aanleiding gegeven voor discussies over de wijze waarop het stemgeheim moet worden gewaarborgd", laat de minister weten.

Uiteindelijk vond er zelfs een kort geding over de stemfie plaats, waarbij de Haagse rechtbank stelde dat deze niet in strijd met de wet is. Minister Plasterk deelt het standpunt van de Kiesraad dat het stemgeheim één van de belangrijkste waarborgen is van het verkiezingsproces, maar heeft geen aanwijzingen dat er stemfies onder dwang of als bewijs van een verkochte stem zijn gemaakt.

Daarnaast zijn dwang en omkoping al strafbaar. Ook is het de vraag of een verbod wel te handhaven is. Daarom is de minister op dit moment geen voorstander van het wijzigen van de Kieswet om de stemfie te verbieden.