Nederlandse inlichtingendiensten maken geen gebruik van backdoors in software, zo heeft minister Plasterk van Binnenlandse Zaken tijdens een debat aan de Eerste Kamer laten weten. Het beleidsdebat ging over privacy en het toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.
Verschillende senatoren waren zeer kritisch over zaken als het gebruik van metadata en surveillance. Zo vroeg senator Franken (CDA) of de 'nature of society' dusdanig is veranderd dat we moeten accepteren dat we leven in een surveillancestaat of zelfs een controlestaat. Franken betoogde dat vrije meningsuiting, bescherming van persoonlijke levenssfeer en vertrouwelijke communicatie oud verworven rechten zijn die niet zomaar mogen worden beperkt.
Senator Gerkens (SP) bepleitte het belang van de bescherming van privacy en het recht op het geheimhouden van privé-informatie. Ook vroeg ze of de regering concreet het nut van het gebruik van de apparatuur voor bijvoorbeeld terrorismebestrijding kan aantonen. Zij betoogde dat wat technisch mogelijk is onwenselijke kanten kan hebben en pleitte voor een ethische commissie die het opslaan en bewaren van metadata gaat onderzoeken.
Minister Plasterk stelde dat het niet mogelijk is om precies aan te geven hoeveel aanslagen er zijn verijdeld door het verzamelen van metadata maar dat het cruciaal is om hierop in te blijven zetten.
PvdA-senator De Vries diende een motie in die de regering verzoekt om inlichtingen- en veiligheidsdiensten ertoe aan te zetten om door hen aangetroffen kwetsbaarheden in internetsystemen altijd te melden aan betrokkenen. Minister Plasterk gaf aan dat dat hij de motie ziet als ondersteuning van zijn beleid en liet het oordeel over de motie aan de Kamer.
Daarnaast verklaarde de minister dat inlichtingendiensten geen gebruik van backdoors in software maken. In het geval een backdoor wordt aangetroffen zou die "onmiddellijk" worden gemeld aan de betrokken partijen als er een dreigend gevaar is voor de nationale veiligheid. Gevallen die daar niet onder vallen, worden niet gemeld, aldus de bewindsman.
De minister merkte verder op dat als Nederland in het buitenland bijvoorbeeld een telefoongesprek wil tappen, dat volgens in Nederland geldende regels moet gebeuren. Ook is het volgens Plasterk niet uit te sluiten dat gegevens over Nederlandse burgers op servers worden opgeslagen die in het buitenland gevestigd zijn. Op 7 oktober wordt gestemd over de moties die tijdens het debat werden ingediend.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.