De overheid gaat het gebruik van drones door commerciële gebruikers eenvoudiger en toegankelijker maken, maar daar staat tegenover dat de veiligheidseisen voor zowel deze groep als particuliere gebruikers strenger worden. Daardoor kan er vanaf 1 oktober minder hoog en ver worden gevlogen.
Op deze manier wil staatssecretaris Mansveld van Infrastructuur en Milieu de regels voor commerciële en particuliere gebruikers van deze lichte categorie drones gelijktrekken. Op dit moment kunnen particulieren zonder vergunning met een drone vliegen, terwijl commerciële gebruikers ontheffingen moeten aanvragen, omdat dit officieel nog niet toegestaan was. Dit leverde voor verschillende beroepsgroepen onpraktische situaties op, aldus het ministerie.
Met de nieuwe regels voor 'mini drones' (drones tot 4 kilo) wordt het voor commerciële gebruikers makkelijker om drones doelgericht en flexibel in te zetten. Voor particuliere gebruikers die hoger, verder of met zwaardere drones willen vliegen gelden straks dezelfde regels als voor commerciële gebruikers, tenzij ze op een modelvliegveldje bij een modelvliegvereniging vliegen.
Met het oog op de veiligheid moet degene die de 'mini-drone' bedient zorgen voor een horizontale afstand tot bijvoorbeeld gebouwen en groepen mensen van minimaal 50 meter. De drone mag niet hoger dan 50 meter vliegen en niet verder dan 100 meter van de bestuurder. Drones moeten altijd voorrang verlenen aan ander luchtverkeer, 50 meter afstand van elkaar houden en mogen niet binnen een straal van 5 kilometer van luchthavens vliegen. De komende vier weken kan er via internetconsultatie op de regels worden gereageerd.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.