Estland heeft een groep vrijwilligers gerekruteerd die het land tegen cyberaanvallen moet beschermen. Het cyberonderdeel van de Estonian Defence League bestaat uit honderden burgers, van leraren tot advocaten en economen. Internet speelt een belangrijke rol in Estland. Zo gaan bijna alle financiële transacties via internet en werd 30% van de stemmen tijdens de vorige verkiezing elektronisch uitgebracht.

Dit maakt het land ook kwetsbaar voor cyberaanvallen. Websites van Estse banken en overheidsorganisaties waren in 2007 al eens het doelwit van een grote DDoS-aanval waar het land meerdere dagen last van had. Mocht een soortgelijke situatie zich weer voordoen, dan zullen de cybervrijwilligers worden gemobiliseerd. Het analyseren van waar de aanvallen vandaan komen en het toepassen van tegenmaatregelen vereist nodige expertise en mankracht. Voor overheden zou het lastig zijn om deze expertise te werven, aangezien het bedrijfsleven hogere salarissen kan betalen.

Als oplossing heeft Estland er daarom voor gekozen een groep vrijwilligers bij cyberaanvallen in te schakelen. De Britse generaal Jonathan Shaw vindt dat Groot-Brittannië het voorbeeld van Estland moet volgen, zo laat hij tegenover de Daily Telegraph weten. "We hebben cyberreservisten nodig die voornamelijk uit burgers bestaan. Denk niet aan camouflage, opgeschoren koppen en wapentraining. Het zijn paardenstaarten, oorbellen en dikke brillen die we nodig hebben."