Storingen door DDoS-aanvallen, zoals recentelijk abonnees van Ziggo overkwam, zijn nu en in de toekomst niet geheel te voorkomen, zo heeft staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie laten weten. Dijkhoff reageerde op Kamervragen van PvdA-Kamerlid Oosenbrug over de aanvallen op Ziggo.
De DDoS-aanvallen waren tegen de DNS-servers van de internetprovider gericht, waardoor abonnees die deze servers gebruikten geen websites meer konden opvragen. Volgens de staatssecretaris hebben de storingen geen gevolgen gehad voor de beschikbaarheid van de digitale publieke dienstverlening. "Desalniettemin zorgde deze digitale verkeersopstopping er wel voor dat de getroffen klanten van Ziggo tijdelijk niet in staat waren om gebruik te maken van digitale diensten, waaronder digitale publieke diensten."
Partijen zowel binnen als buiten de overheid zijn volgens de staatssecretaris zelf primair verantwoordelijk voor de beveiliging van de eigen netwerken en systemen. Daarbij wijst hij ook naar de zorgplicht, die inhoudt dat telecomaanbieders passende technische en organisatorische maatregelen nemen om risico’s voor de veiligheid en integriteit van hun netwerken en diensten te beheersen.
Ondanks de eigen verantwoordelijkheid stelt Dijkhoff dat het kabinet verschillende maatregelen neemt om de weerbaarheid tegen DDoS-aanvallen te verhogen. Zo is er onder andere in publiek-private samenwerking sprake van een geïntensiveerde aanpak van botnets. Daarnaast deelt het Nationaal Cyber Security Center (NCSC) beschikbare informatie over cyberaanvallen met overheidsorganisaties. Aan de hand van deze informatie kan worden bepaald of er extra maatregelen genomen moeten worden, aldus de staatssecretaris in zijn antwoord (pdf).
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.