Het Openbaar Ministerie heeft gevangenisstraffen tegen drie mannen geëist die worden verdacht van internetoplichting, hacken en deelname aan een criminele organisatie. Het gaat om twee broers uit Delft van 31 en 26 jaar oud en een 27-jarige man uit Delft.
De 31-jarige man hoorde 48 maanden gevangenisstraf waarvan 12 maanden voorwaardelijk tegen zich eisen. Tegen de 26-jarige man werd 16 maanden gevangenisstraf waarvan 6 voorwaardelijk geëist en tegen de 27-jarige man zeven maanden gevangenisstraf.
De 31-jarige man bekende dat hij websites van bestaande bedrijven namaakte en dat hij vervolgens voor duizenden euro’s aan goederen op naam van de betreffende bedrijven bestelde. Het ging om bijvoorbeeld iPhones, computers, muziekapparatuur, flessen whiskey, gereedschap, gerookte zalm en toiletpapier. Vervolgens kregen de eigenaren allerlei facturen binnen van spullen die zij niet hadden besteld. De twee andere verdachten hielpen de 31-jarige hierbij.
De zaak kwam aan het rollen toen een slachtoffer 500 USB-sticks geleverd kreeg. Hij stapte toen naar de politie die uiteindelijk bij de mannen uitkwam. De verdachten deden volgens het OM grote moeite geen sporen achter te laten: de websites werden gehost door buitenlandse bedrijven, VoIP-telefoonlijnen werden gehuurd om contact te leggen met de slachtoffers en die nummers werden vervolgens doorgeschakeld naar anonieme prepaidnummers. De bezorgde spullen werden steeds door iemand anders in ontvangst genomen.
"Op duistere websites opereerde de 31-jarige verdachte onder de naam ‘black hat’( verzamelnaam voor illegale onlineactiviteiten) en maakte op allerlei manieren geld van mensen afhandig. De anderen twee vervulden ook een rol in deze vorm van oplichting: zij zorgden voor rekeningen waar geld op kon worden gestort en bankpassen waarmee het geld kon worden gepind", zo stelt het OM.
Uit de aankondiging van de arrestatie van de mannen vorig jaar mei wordt meer duidelijk. Toen liet de politie weten dat de mannen ook worden verdacht van het verspreiden malware om zo geld van online rekeningen van particulieren en bedrijven te stelen. Dit zou echter door tijdig ingrijpen van de bank zijn voorkomen, aldus de politie destijds.
Uit het onderzoek is gebleken dat de jongere broer zijn huis, internetverbinding en de gezamenlijke computer ter beschikking stelde aan zijn broer. In het huis van de 26-jarige werden meerdere op naam van bedrijven bestelde goederen opgeslagen. Ook werden er goederen, bijvoorbeeld 80.000 euro aan whiskey, opgeslagen in de broodjeszaak die de jongere broer in Den Haag heeft.
Tevens gebeurde het dat de 26-jarige meerdere van de goederen verkocht. Daarnaast vervulde hij een andere rol. Wanneer zijn broer ergens spullen kwam ophalen en iemand vertrouwde het niet, dan deed de 26-jarige zich over de telefoon voor als de manager en stelde de beller gerust. De officier van justitie benadrukte tijdens de zitting dat de 31-jarige verdachte zich fulltime bezighield met internetcriminaliteit. Zijn broer faciliteerde dit en profiteerde ervan. Ook de 27-jarige werkte mee.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.