Nederlanders maken zich zorgen over hun privacy, maar handelen hier niet naar als het gaat om het handelen in persoonlijke gegevens en het gebruik van social media en smartphones. Dat blijkt uit onderzoek (pdf) dat door GfK in opdracht van DDMA onder ruim 1.000 Nederlanders werd uitgevoerd.
DDMA is de brancheorganisatie voor marketingbedrijven. Op een schaal van 1 tot en met 10 waarbij 1 staat voor "vertrouw ik helemaal niet" en 10 voor "vertrouw ik volledig" geven consumenten techbedrijven uit Sillicon Valley gemiddeld een 4,6. Toch heeft 82% van de respondenten een smartphone én gebruikt 65% van de respondenten in het bezit van een smartphone of tablet dagelijks apps.
"Mensen zeggen privacy belangrijk te vinden, maar handelen er niet naar. Wel is gebleken dat in veel gevallen een afgewogen keuze wordt gemaakt over het delen van persoonsgegevens: de context waarin gegevens worden gedeeld en wat daar tegenover staat is van belang bij de keuze", zo liet TNO in een eerder onderzoek al weten. Volgens het TNO is er sprake van een 'privacy paradox'.
Ook de houding ten aanzien van social media laat de privacy paradox zien. Wederom op een schaal van 1 tot en met 10 geven consumenten social media een 4. Social media wordt daarmee het minst vertrouwd, waar de overheid het meeste vertrouwen geniet (5,9). Toch bekijkt 64% van de respondenten dagelijks social media als Facebook, Instagram, Snapchat of Pinterest, logt 56% dagelijks in en plaatst 28% dagelijks berichten.
De meeste mensen zijn bovendien niet bereid te betalen voor diensten, zoals e-mail en social media, als dat betekent dat hun gegevens niet worden gebruikt voor commerciële doeleinden. Slechts 9% is hiertoe wel bereid. "Men zegt het één, maar doet het ander. Het vertrouwen van mensen in de technologie of toepassing is relatief laag, maar men maakt er op grote schaal gebruik van", aldus DDMA in het onderzoek.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.