Het privacybeleid dat aanbieders van online diensten hanteren dient vaak hun eigen belang en niet dat van gebruikers, wat de controle van mensen over hun online identiteit in de weg staat, zo stelt Giovanni Buttarelli, de Europese databeschermingsautoriteit (pdf).

De Europese privacyrichtlijn, die in 2018 van kracht wordt, biedt mensen meer controle over hoe hun persoonlijke gegevens worden verzameld en gebruikt, maar volgens Buttarelli kan en moet er meer worden gedaan om mensen de controle over hun online identiteit te geven. "Onze online levens vinden plaats in een systeem waar de aanbieder centraal staat, waar privacybeleid het belang van de aanbieder of derde partij dient in plaats van het individu", merkt de databeschermingsautoriteit op.

Via gegevens die deze aanbieders verzamelen, zoals sociale netwerken en advertentiebedrijven, worden complete profielen van personen gebouwd. "Dit maakt het lastig voor mensen om hun recht uit te oefenen om online hun persoonlijke gegevens te beheren", gaat Buttarelli verder. Hij pleit voor een menselijkere aanpak waar het individu in staat is om te bepalen hoe zijn persoonlijke gegevens worden verzameld en gedeeld.

Hij is dan ook voorstander van een Personal Information Management Systems (PIMS). Internetgebruikers kunnen bij een dergelijk systeem hun persoonlijke gegevens in een beveiligd, online systeem opslaan en bepalen wanneer en met wie ze de data delen. Dit soort systemen, die als tussenpartij tussen de internetgebruiker en online diensten fungeren, moeten de fundamentele rechten in digitale wereld versterken, aldus Buttarelli (pdf).