Vorig jaar hebben 11.000 mensen bij de FBI aangifte gedaan dat ze het slachtoffer van helpdeskfraude waren geworden. De slachtoffers werden in totaal voor 15 miljoen dollar opgelicht. Een stijging van 86 procent ten opzichte van het schadebedrag in 2016. Het aantal slachtoffers dat zich meldde bleef gelijk.

De meeste meldingen waren afkomstig van slachtoffers in de Verenigde Staten, maar de FBI ontving in totaal klachten uit 85 verschillende landen. Helpdeskfraude, ook bekend als tech support scam en Microsoft-fraude, vindt op verschillende manieren plaats. Slachtoffers worden gebeld door oplichters die zich bijvoorbeeld voordoen als Microsoft-medewerkers. Ook kunnen slachtoffers via pop-ups of zoekmachine-advertenties bij de oplichters uitkomen.

Die proberen de controle over de computer te krijgen door het slachtoffer een remote administration tool te laten downloaden. De oplichters stellen vervolgens dat er een probleem is met de computer en claimen dit tegen betaling te kunnen oplossen. Het komt echter ook voor dat oplichters de gegevens van het slachtoffer gebruiken om zelf banktransacties uit te voeren of het apparaat gijzelen voor losgeld. Daarnaast worden de oplichters onbeschoft en vijandig als slachtoffers aan hen twijfelen, zo meldt de FBI.

Deze week kondigden de Nederlandse overheid en het bedrijfsleven een publiek-private samenwerking aan om helpdeskfraude te bestrijden. Het samenwerkingsverband zal technische en financiële maatregelen gaan inzetten om de oplichtingspraktijken te verstoren en zo goed als mogelijk te voorkomen. Ook de Autoriteit Consument & Markt (ACM) is hierbij betrokken. "Regelmatig lijkt het of de buitenlandse oplichters bellen met een Nederlands telefoonnummer omdat dit op het scherm verschijnt. De criminelen bellen echter nog steeds vanuit het buitenland. Dit zogenaamde ‘spoofen’ van Nederlandse nummers is verboden volgens de Telecommunicatiewet. De ACM houdt hier toezicht op", aldus de toezichthouder.