Een 59-jarige journalist uit IJsselstein die in 2014 stiekem opnames maakte van een telefoongesprek tussen twee personen heeft zich schuldig gemaakt aan een strafbaar feit, maar krijgt geen straf opgelegd. Dat heeft de rechtbank Midden-Nederland vandaag bepaald.

De vrouw werkt bij een lokale krant. Vier jaar geleden was zij op bezoek bij een journalist van een ander medium, die een telefoongesprek, op de luidsprekerstand, met een raadslid uit IJsselstein voerde. Het raadslid wist niet dat de vrouw meeluisterde en beide personen wisten niet dat zij het gesprek met haar mobiele telefoon heeft opgenomen. Volgens de journalist heeft zij het gesprek als privépersoon opgenomen, omdat het raadslid een conflict met haar had. In het verleden zou het raadslid haar redactie met brieven en telefoontjes hebben lastiggevallen.

Tijdens het telefoongesprek werd er ook over de benoeming van de waarnemend burgemeester van IJsselstein gesproken. Dit verandert echter niets aan het feit dat de vrouw vanuit een persoonlijk belang is begonnen met het opnemen, aldus de rechtbank. Ze wilde hiermee namelijk geen ernstige misstand aan de orde brengen. Voor het delen van de opgenomen informatie wordt de vrouw niet veroordeeld, omdat er volgens de rechtbank een belang was om de informatie te delen, namelijk schending van de geheimhouding van de benoemingscommissie.

Wel heeft de vrouw met de opname de persoonlijke levenssfeer van het raadslid geschonden, zo laat de rechtbank weten. "Personen die een telefoongesprek voeren moeten er in principe op kunnen vertrouwen dat het gesprek niet door derden wordt opgenomen." Toch besloot de rechtbank de vrouw geen straf op te leggen. Net als het Openbaar Ministerie vindt de rechter dat er kan worden volstaan met de constatering dat de vrouw een strafbaar feit heeft begaan en dat ze daarvoor strafbaar is.