De politie heeft vorig jaar 240 cybercrime-onderzoeken uitgevoerd, zo staat in het Jaarverslag 2017 vermeld (pdf). Het ging in totaal om 43 complexe en 227 reguliere opsporingsonderzoeken naar cybercrime. Afgesproken was dat de politie vorig jaar 40 complexe en 230 reguliere onderzoeken zou uitvoeren.
De politie heeft daarmee nagenoeg de Veiligheidsagenda-afspraken op het gebied van cybercriminaliteit gehaald. Vorig jaar heeft politie ook verdere stappen genomen om de aanpak van cybercriminaliteit te verruimen naar een aanpak binnen alle eenheden. Hierdoor moet een landelijke dekking ontstaan bij de bestrijding van high tech, reguliere en veelvoorkomende cybercriminaliteit.
Eind 2017 telde het korps - naast het Team High Tech Crime - acht vaste cybercrimeteams in de regionale eenheden: Amsterdam, Limburg, Noord-Holland, Noord-Nederland, Midden-Nederland, Oost-Brabant, Rotterdam en Zeeland-West-Brabant. Den Haag en Oost-Nederland werken met een flexibel team. De teams dragen in alle eenheden kennis over aan hun collega's door samenwerking met basisteams en districtsrecherches. Voor dit jaar is afgesproken dat de politie 50 complexe en 310 reguliere opsporingsonderzoeken naar cybercrime uitvoert.
Het Jaarverslag laat verder weten dat de politie de dienstverlening via internet wil vergroten door het aantal feiten uit te breiden waarvan burgers online aangifte kunnen doen en door internetaangifte mogelijk te maken van feiten met opsporingsinformatie. Vanwege de "huidige eisen van techniek en cyberveiligheid" vroegen de voorbereidingen meer tijd dan voorzien. Het korps werkt nog aan een moderne aangiftemodule die gekoppeld is aan de Basisvoorziening Handhaving (BVH). De uitbreiding van de mogelijkheden voor aangifte via internet is nog niet gerealiseerd. Wanneer dit nu zal plaatsvinden staat niet in het Jaarverslag vermeld.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.