Aanbieders van ddos-diensten zijn door anonimiseringstechnieken, het routeren van internetverkeer door meerdere landen of het gebruik van virtuele servers zeer lastig of helemaal niet op te sporen, zo heeft minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid laten weten.
De minister reageerde op Kamervragen van het CDA over websites die allerlei illegale diensten aanbieden en of dergelijke sites ook in Nederland actief zijn of afnemers hebben. "De politie en het Openbaar Ministerie voeren opsporingsonderzoeken uit naar aanbieders en gebruikers van strafbare diensten of hulpmiddelen. Een betrouwbare inschatting van het aantal aanbieders en gebruikers in Nederland is niet goed mogelijk, mede gelet op de eenvoud waarmee dergelijke diensten mondiaal kunnen worden geproduceerd en aangeboden", schrijft Grapperhaus.
De minister stelt dat door verschillende technieken het opsporen van websites die illegale diensten aanbieden lastig en zelfs onmogelijk is, maar dat politie en het Openbaar Ministerie desondanks toch successen boeken. CDA-Kamerlid Van Dam wilde ook van Grapperhaus weten of gebruikers van ddos-diensten en andere websites die cybercrime faciliteren eenvoudiger op te sporen zijn dan de aanbieders.
"Het gebruik van digitale anonimiseringstechnieken of versleutelde communicatiediensten is voor individuele gebruikers net zo eenvoudig als voor de aanbieders van cybercrime-as-a-service-platformen. De vaardigheden van de gebruikers of aanbieders, ook wel de 'human factor', is vaak van doorslaggevend belang bij een succesvolle opsporing en vervolging", antwoordt de minister.
Vorig jaar wist de politie nog een website uit de lucht te halen die ddos-aanvallen tegen betaling uitvoerde. De komende tijd zullen agenten afnemers van deze ddos-dienst bezoeken, zo werd eind januari bekend. Daarnaast werden vorig jaar verschillende gebruikers aangehouden.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.