De gemeente Rotterdam zet twee camerawagens in om de coronamaatregelen te handhaven, maar hierbij is niet de AVG van toepassing. Daarnaast heeft de gemeente nog geen Data Protection Impact Assessment (DPIA) voor de inzet van de wagens uitgevoerd. Dat laat wethouder Handhaving Wijbenga-van Nieuwenhuizen op vragen van de SP weten.
Begin april werd bekend dat Rotterdam twee camerawagens huurt om de coronamaatregelen te handhaven. De camerawagens surveilleren bij Rotterdamse parken en pleinen en controleren op groepsvorming en het voldoende houden van afstand. Ze worden ook gebruikt bij een aantal afgesloten gebieden in Rotterdam, zoals voetbalkooien en skateparken, om samenklontering tegen te gaan. Er wordt één camerawagen ingezet in Rotterdam Noord en één in Rotterdam Zuid.
De auto’s zenden live beelden naar een centraal punt, waar deze worden bekeken door camera-operators en een centralist. Deze deskundigen kunnen wanneer dit nodig is direct schakelen met handhavers of politie. De stadsmedewerker in de auto mag die niet verlaten en heeft als enig doel waarnemen. De auto's waren oorspronkelijk bedoeld om tijdens het Eurovisiesongfestival rond te rijden. Vanwege het coronavirus worden ze nu al ingezet. De huur van de auto's kost de gemeente ruim 67.000 euro (pdf).
Gisteren liet NRC weten dat de camerawagens na vragen van de Autoriteit Persoonsgegevens van de weg waren gehaald, maar inmiddels weer rijden. "Ons is uitdrukkelijk verzekerd dat dit gestopt is", reageert een woordvoerder van de toezichthouder. "Mocht blijken dat de privacy wel degelijk in het geding is (zo lijkt het), dan treedt de AP op en kijkt of er vervolgstappen nodig zijn."
SP-gemeenteraadslid Cicek wilde weten of de camerawagens wel aan de voorwaarden van de AVG voldoen. "De mobiele camera-auto's worden krachtens artikel 3 van de Politiewet ingezet in combinatie met de Noodverordening. Dit betekent dat niet de AVG, maar de WPG (Wet Politie Gegevens) hierop van toepassing is", laat Wijbenga-van Nieuwenhuizen weten.
Cicek vroeg zich ook af of de gemeente al een Data Protection Impact Assessment (DPIA) heeft uitgevoerd. Met een DPIA worden vooraf de privacyrisico's die bij het verwerken van gegevens komen kijken in kaart gebracht. Vervolgens kunnen er maatregelen worden getroffen om de risico's te verkleinen. Dat blijkt niet het geval te zijn. De wethouder stelt dat politie en de gemeente nog aan het opstellen van een DPIA werken.
Volgens Wijbenga-van Nieuwenhuizen is de privacy van burgers echter gewaarborgd bij de inzet van de camerawagens. Zo vindt de inzet doelgericht plaats, zijn de auto's herkenbaar door een sticker met de tekst cameratoezicht en leveren de auto's niet langer beeld dan noodzakelijk. De camera's zijn verder niet gekoppeld aan andere software zoals gezichtsherkenningssoftware. Wat betreft de bewaartermijn van de beelden spreekt de wethouder over 7 dagen, terwijl de website van de gemeente Rotterdam 14 dagen noemt.
Op de vraag of de gemeente de camerawagens ook voor het opsporen voor andere overtredingen wil gaan inzetten antwoordt de wethouder dat de auto's als onderdeel van de huidige pilot alleen worden ingezet voor het handhaven van de coronamaatregelen. "U wordt geïnformeerd over de uitkomsten van de pilot en eventueel vervolg van de inzet van de mobiele camera-auto." De evaluatieperiode voor de camerawagens loopt tot 18 mei. "Mocht de evaluatie hier aanleiding toe geven zullen we met uw raad in gesprek gaan over een eventueel vervolg", voegt de wethouder toe (pdf).
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.