Heb jij een interessante vraag op het snijvlak van privacy, cybersecurity en recht? Stuur je vraag naar juridischevraag@security.nl. Elke week geeft ict-jurist Arnoud Engelfriet in deze rubriek antwoord.
Juridische vraag: Ik las dat een Duitse winkel een boete van 10 miljoen heeft gekregen omdat ze videotoezicht inzetten. Maar hoezo is dat nou ineens boetewaardig, elk bedrijf heeft toch videotoezicht tegenwoordig? Het ging om magazijnen en verkoopruimtes, niet echt plekken waar je privacy hebt toch?
Antwoord: Zeker twee jaar lang werd het personeel illegaal gefilmd op de werkvloer, magazijn en andere locaties terwijl hiervoor elke juridische grondslag ontbrak, aldus de Landesbeauftragte für den Datenschutz (LfD) van Nedersaksen, zeg maar de lokale Autoriteit Persoonsgegevens.
Dat klinkt inderdaad wat raar, want voor cameratoezicht is er in de AVG (die natuurlijk ook in Duitsland gewoon geldt) wel degelijk een grondslag: het zogeheten eigen gerechtvaardigd belang (artikel 6 lid 1 sub f AVG). Het bewaken van je eigendommen (of toezien op mensen) is een belang waarmee je de privacy mag inperken - mits je maar de nodige maatregelen neemt om dat zo beperkt mogelijk te doen. En dat is waar het misging.
Het belangrijkste punt waar de toezichthouder over valt, is dat naar camera's is gegrepen zonder andere dingen te hebben geprobeerd. Geen random tassenonderzoek, geen menselijk toezicht (een manager die soms even komt kijken), maar direct camera's ophangen. Gezien de impact van camera's (die zien continu alles) is dat een té heftige eerste stap. Ook was er niet echt een concrete aanleiding, maar werd vanuit een algemeen idee van diefstalpreventie met camera's gewerkt. Maar dat is niet hetzelfde als een noodzaak.
In een persbericht (pdf) verweert het bedrijf zich door te stellen dat de camera's primair gericht zijn op het logistieke proces: het opsporen en oplossen van problemen zoals beschadiging of vermissing van producten tussen ontvangst en verkoop. Kennelijk bedoelt men daarmee dat de camera's niet direct mensen filmen maar laptops, mede omdat de CEO in het persbericht aangeeft dat ze als klein bedrijf echt niet mensen gaan beoordelen of aanspreken op basis van camerabeelden.
Ik snap het bezwaar van het bedrijf, maar de kern van de last van de toezichthouder is volgens mij een terecht punt. Camera's zomaar inzetten "ter bestrijding van diefstal" is gewoon een te snel en te makkelijk middel, als je daarmee ook je medewerkers permanent in beeld krijgt. Of je nu daar wat mee doet of niet - alleen al de indruk dat men permanent gefilmd wordt, is genoeg om medewerkers het gevoel te geven dat ze in de gaten gehouden worden. En dat is nergens voor nodig, als er geen concrete aanleiding is.
Ik zou dus zeggen: die camera's specifieker richten op de logistieke stroom, de mensen buiten beeld en inzicht geven in wat er wél wordt gefilmd.
Arnoud Engelfriet is Ict-jurist, gespecialiseerd in internetrecht waar hij zich al sinds 1993 mee bezighoudt. Hij werkt als partner bij juridisch adviesbureau ICTRecht. Zijn site Ius mentis is één van de meest uitgebreide sites van Nederland over internetrecht, techniek en intellectueel eigendom. Hij schreef twee boeken, De wet op internet en Security: Deskundig en praktisch juridisch advies.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.