Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) had jarenlang toegang tot herleidbare locatiegegevens van T-Mobile-klanten, zo meldt NRC op basis van eigen onderzoek. Het Agentschap Telecom, ondersteund door de Autoriteit Persoonsgegevens, gaat onderzoeken of het CBS en T-Mobile de wet hebben overtreden.
CBS-medewerkers analyseerden vanaf januari 2018 op het hoofdkantoor van T-Mobile in Den Haag locatiegegevens van mobiele bellers. Het CBS werkte aan een algoritme waarmee op basis van locatiegegevens van één telecomprovider het mobiliteits- en verblijfsgedrag van Nederlanders is te meten. De samenwerking tussen het CBS en T-Mobile duurde tot vorig jaar april.
Beide partijen lieten aan de buitenwereld weten dat het CBS alleen geanonimiseerde gegevens van T-Mobile ontving. Klanten van T-Mobile werden niet verteld dat het bedrijf samen met het CBS onderzocht of er geld aan hun locatiegegevens kon worden verdiend.
Uit documenten die NRC door middel van een beroep op de Wet Openbaarheid van bestuur ontving blijkt dat CBS-medewerkers bij T-Mobile toegang tot niet-geanonimiseerde locatiegegevens hadden. Volgens het Agentschap Telecom hebben beide partijen nooit gemeld dat het CBS over deze toegang beschikte en is het reden voor een onderzoek.
Het CBS laat in een reactie weten dat vijf medewerkers bij T-Mobile onderzoek deden met "gepseudonimiseerde persoonsgegevens". Het ging om verkeersgegevens waaruit de unieke IMSI-nummers van telefoons zijn verwijderd. Het gaat hier echter nog steeds om persoonsgegevens, aldus de Autoriteit Persoonsgegevens, aangezien door middel van aanvullende gegevens ze toch aan personen zijn te linken. Ook T-Mobile erkent dat de CBS-medewerkers met gepseudonimiseerde data werkten. Volgens de provider zijn dit echter geen persoonsgegevens.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.