De Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) maakte sinds 2009 gebruik van gefingeerde accounts voor het monitoren van social media en is hier naar aanleiding van berichtgeving in NRC nu mee gestopt, zo heeft demissionair minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid in een brief aan de Tweede Kamer laten weten.
Sinds 2006 houdt de NCTV zich bezig met internetmonitoring voor het in kaart brengen van dreigingen. In eerste instantie richtte de monitoring zich alleen op terrorisme en extremisme, later is dat uitgebreid naar dreigingen met betrekking tot de nationale veiligheid. Bij het monitoren van internet kijkt de NCTV naar trends en fenomenen, acties en reacties die in potentie de stabiliteit van Nederland kunnen ontwrichten, laat Grapperhaus weten.
"Het is om twee redenen belangrijk om dit monitoren niet herleidbaar te doen: enerzijds om de veiligheid van medewerkers te borgen en anderzijds zou een zichtbare virtuele aanwezigheid mogelijk tot aanpassing van gedrag kunnen leiden", aldus de minister. "Met de opkomst van Twitter en Facebook was het nodig om een account te hebben om mee te kunnen lezen. Uit de gevoelde noodzaak om dit niet herleidbaar te doen, werd sinds 2009 een gefingeerde naam in het leven geroepen die verschillende accounts op de verschillende sociale mediakanalen had."
Inmiddels wordt er gebruikgemaakt van een "apart ict-systeem" dat de NCTV de mogelijkheid geeft om zonder gebruikmaking van dergelijke accounts mee te kunnen kijken op – openbaar toegankelijke – sites en in openbare discussies op bijvoorbeeld Twitter en Facebook. "Het gefingeerde account is daarmee overbodig geworden. Het gebruik daarvan is als gevolg van de publicatie in NRC gestaakt", meldt Grapperhaus.
Op verzoek van lokale overheden verstrekt de NCTV duidingen over individuele personen. Hierbij wordt ook gebruikgemaakt van gegevens die het monitoren van internet hebben opgeleverd. Deze activiteit heeft de NCTV onlangs opgeschort omdat de huidige juridische basis onvoldoende is. "Tot voor kort was de heersende opvatting dat er voldoende juridische basis voor deze activiteit was", aldus de minister.
Vorig jaar februari is er een project gestart om de wettelijke grondslagen en werkzaamheden van de NCTV nog eens tegen het licht gehouden. Afgelopen februari volgde de conclusie van dit project, waaruit bleek dat het identificeren en analyseren van dreigingen en risico’s op het gebied van terrorisme en nationale veiligheid "juridisch kwetsbaar" is wanneer daarbij persoonsgegevens worden verwerkt op basis van eigen openbare bronnenonderzoek.
De juridische basis moet daarom worden versterkt, schrijft Grapperhaus. De minister wil nu in overleg met de Tweede Kamer op zoek gaan naar een "betere juridische verankering" voor deze taak van de NCTV.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.