Op 1 maart 2019 werd de Wet Computercriminaliteit III van kracht, die politie de bevoegdheid geeft om heimelijk een geautomatiseerd werk zoals een laptop of een smartphone van een verdachte binnen te dringen, ook wel de hackbevoegdheid genoemd. De wet zou na twee jaar worden geëvalueerd. Daarbij is gekozen voor een evaluatie in twee delen, waarbij het eerste deel zich specifiek richt op de bevoegdheid tot het heimelijk en op afstand binnendringen en onderzoeken van systemen.
"Het eerste deel van de evaluatie van de Wet CCIII werd in 2020 gestart en zou eind 2021 zijn afgerond, maar heeft wegens de coronapandemie wat vertraging opgelopen, aldus minister Yesilgöz van Justitie en Veiligheid. Het is nu de verwachting dat het eerste deel van de evaluatie, uitgevoerd door het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC), in de zomer van dit jaar wordt afgerond en vlak na de zomer wordt gepubliceerd.
De evaluatie kijkt naar de toepassing van de hackbevoegdheid in de praktijk, cijfers en resultaten, de technisch hulpmiddelen gebruikt om systemen binnen te dringen, het aankoopproces van hacksoftware en onbekende kwetsbaarheden, de keuring van technische hulpmiddelen, het toezicht op de uitoefening van de hackbevoegdheid, de grensoverschrijdende toepassing van de bevoegdheid en de privacyaspecten.
Het tweede deel van de evaluatie zal zich richten op de gehele wet, inclusief de bevoegdheid tot binnendringen. "De in twee delen opgedeelde evaluatie heeft als voordeel dat sommige thema’s die gedurende de eerste evaluatietermijn nog onvoldoende diepgaand aan de orde kunnen komen, bijvoorbeeld omdat de looptijd van het onderzoek relatief kort is en als gevolg daarvan de hoeveelheid empirisch materiaal beperkt, nader kunnen worden onderzocht", aldus Yesilgöz.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.