Een hoofdagent die voor een vriend en familielid in gesloten politiesystemen naar informatie zocht is wegens computervredebreuk en schending van zijn ambtsgeheim veroordeeld tot een taakstraf van veertig uur. De vriend had onenigheid met een leerkracht van zijn zoon en wilde diens privéadres via verschillende gefotografeerde kentekens achterhalen. Het familielid had een aanrijding gehad, maar kreeg geen gehoor bij de tegenpartij en vroeg aan de hoofdagent het opgegeven telefoonnummer te controleren.
Volgens de rechter had het zoeken naar deze informatie niets te maken met zijn werk als agent, waardoor de man onrechtmatig gebruikmaakte van zijn inloggegevens en de informatiesystemen van de politie. "Verdachte heeft niet alleen de privacy van burgers geschaad, maar heeft ook afbreuk gedaan aan het vertrouwen van burgers in de politie", zo oordeelde de rechter.
De hoofdagent kreeg vanwege de overtredingen, na veertig jaar in dienst te zijn geweest, strafontslag. Volgens de rechter is niet gebleken dat de man criminele intenties had met de bevragingen of dat hij hier zelf enig voordeel uit heeft gehaald. "Het lijkt er eerder op dat sprake is geweest van sluipende normvervaging en van (ook strafrechtelijk) ontoelaatbare vermenging van het werkdomein met de privésfeer", aldus de rechter.
Bij het opleggen van de strafmaat hield de rechtbank rekening met de gevolgen die de man van zijn daden ondervindt. Zo komt hij als gevolg van het strafontslag en strafvervolging vooralsnog niet in aanmerking voor een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) wat het lastig maakt om een nieuwe baan te vinden. Ook zegt de verdachte dat hij door het strafrechtelijk onderzoek gebukt is gegaan. Verder had de man geen eerder strafblad en vonden de feiten al langere tijd geleden plaats. De officier van justitie had een taakstraf van honderdtwintig uur geëist.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.