De Europese Unie en de Verenigde Staten onderhandelen over een nieuw verdrag voor het uitwisselen van persoonsgegevens, maar de Europese privacytoezichthouders verenigd in de EDPB maken zich zorgen over het Data Privacy Framework (DPF). Het DPF moet het eerder afgeschoten Privacy Shield gaan vervangen.
Volgens de EDPB zijn er verschillende positieve punten aan het nieuwe raamwerk, waaronder het toepassen van principes zoals noodzakelijkheid en proportionaliteit voor Amerikaanse inlichtingendiensten die data willen verzamelen en een nieuw mechanisme voor Europeanen om bezwaar aan te tekenen. Er zijn echter ook nog de nodige zorgen en onduidelijkheden in het voorstel. Het gaat dan om de rechten van Europeanen, verdere doorgifte van gegevens, de omvang van de uitzonderingen, tijdelijke bulkverzameling van data en het praktisch functioneren van de beroepsmogelijkheden.
"Een hoog niveau van databescherming is essentieel om de rechten en vrijheden van Europese individuen te beschermen", zegt EDPB-voorzitter Andrea Jelinek. Ze stelt dat er grote verbeteringen zijn doorgevoerd in het raamwerk, maar dat de geuite zorgen en onduidelijkheden nog wel moeten worden weggenomen, omdat anders het adequaatheidsbesluit geen stand kan houden. Daarnaast vindt de EDPB dat na de eerste evaluatie van het adequaatheidsbesluit elke drie jaar een nieuwe beoordeling moet plaatsvinden.
Het concept-adequaatheidsbesluit waar Jelinek het over heeft werd afgelopen december door de Europese Commissie gepubliceerd en is gebaseerd op het EU-U.S. Data Privacy Framework, dat zoals gezegd het Privacy Shield-verdrag moet vervangen nadat dat eerder door het Europees Hof van Justitie ongeldig was verklaard. De kern van het DPF zijn de EU-US Data Privacy framework principes, afkomstig van het Amerikaanse ministerie van Handel. Het DPF is alleen van toepassing op Amerikaanse organisaties die zich zelf hebben gecertificeerd op basis van de vereisten van het framework.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.