De Europese privacytoezichthouders zijn richtlijnen overeengekomen die moeten verduidelijken welke trackingtechnieken onder de ePrivacy Verordening zijn toegestaan. Daarmee wil de EDPB meer 'juridische zekerheid' aan dataverwerkers en individuen geven. Het gaat dan om zaken als trackinglinks, trackingpixels, lokale verwerking en unieke identifiers, om er zo voor te zorgen dat de verplichtingen van de verordening niet worden omzeild. Het gaat dan specifiek om Artikel 5.3 van de ePrivacy Verordening.
"Het is geen geheim dat het volgen van de activiteiten van internetgebruikers de privacy van mensen ernstig kan schaden", zegt Anu Talus, voorzitter van de EDPB. "De onduidelijkheden met betrekking tot waarop Artikel 5.3 van de ePrivacy Verordening op van toepassing is en de opkomst van nieuwe technieken, als aanvulling op of alternatief voor traditionele cookies, hebben voor allerlei nieuwe privacyrisico's gezorgd."
Om het artikel en de toepassing daarvan te verduidelijken gaan de richtlijnen van de EDPB vooral in op sleutelbegrippen zoals 'informatie', 'eindapparatuur van een abonnee of gebruiker', 'elektronisch communicatienetwerk', 'het verkrijgen van toegang' en 'opgeslagen informatie/opslag'. Daarnaast biedt de richtlijn ook praktische use cases over het gebruik van populaire trackingtechnieken.
De overeengekomen richtlijnen worden nu op juridische inhoud gecontroleerd en vertaald, en zullen dan online verschijnen. Vervolgens kan het publiek er gedurende zes weken op reageren. Het Europees Comité voor gegevensbescherming (EDPB). De EDPB is een orgaan waarin alle nationale privacytoezichthouders uit de Europese Unie samenwerken bij hun toezicht op de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG), waaronder ook de Autoriteit Persoonsgegevens.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.