Op 17 juni stemt het Zweedse parlement over een omstreden aftapwetgeving waardoor de overheid vergaande mogelijkheden krijgt om burgers te bespioneren. Het Zweedse Defensie Comité keurde het voorstel, dat het aftappen van e-mails, faxen, telefoongesprekken en ander verkeer mogelijk maakt, eerder deze week al goed. "We geven een belangrijk recht op om niet door de staat gemonitord te worden, tenzij er sterke aanwijzingen tegen iemand zijn," aldus Maria Rankka van de denktank Timbro.

Volgens Rankka is er een groot probleem met de wet en dat is dat de beleidsmakers ervan uitgaan dat de leiders van een volk altijd goede bedoelingen hebben, terwijl geschiedenis heeft bewezen dat dit gewoon niet het geval is. Om het land te beschermen mogen inlichtingendiensten straks alle inkomende en uitgaande berichten afluisteren, ongeacht of iemand verdacht is.

"Een van de gevaren van zulke brede surveillance is dat het rechtschapen burgers harder treft dan criminelen die weten hoe ze geen sporen achter moeten laten. In dat geval kan surveillance het vertrouwen van het publiek in elektronische communicatie verminderen," aldus een Zweeds onderzoeksinstituut in 2005.