Justitie kan cybercrime in Nederland niet in kaart brengen, omdat het een veelomvattend begrip is. Onlangs kwam het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) met een rapport waaruit zou blijken dat er een stijging van computercriminaliteit in Nederland is. Sharon Gesthuizen van de SP vroeg de minister om hoeveel cybercrime-gevallen het jaarlijks gaat. "Wordt dit gemeten aan de hand van aangiftes? Zo ja, hoe groot schat u het werkelijke probleem, aangezien niet van alle zaken aangifte gedaan zal worden?", aldus Gesthuizen.
In het antwoord van Hirsch Ballin staat dat cybercrime een veelomvattend begrip is . "Cybercrime is een veelomvattend begrip. Het kan zowel gaan om strafbare gedragingen die niet zonder ICT gepleegd hadden kunnen worden (zoals skimmen, spyware, computervredebreuk, phishing, botnets) als om meer traditionele strafbare gedragingen die met behulp van ICT zijn uitgevoerd (zoals het verspreiden van kinderporno, bedreiging, stalking, handel in illegale goederen, fraude). Door deze diversiteit valt cybercrime niet als apart fenomeen te registreren in de systemen van politie en justitie."
Hirsch Ballin haalt vervolgens een onderzoek van de Hogeschool Leeuwarden aan (Verkenning cybercrime in Nederland 2009), waaruit blijkt dat de aangiftebereidheid bij cybercrime lager ligt dan bij de klassieke vormen van criminaliteit. "Om deze redenen kan ik geen indicatie geven van het aantal gevallen van cybercrime." Er zijn dan ook geen cijfers over het aantal aangiften en het oplossingspercentage.
Infrastructuur
Op de vraag waarom Nederland een belangrijke bron van cyberaanvallen is en wat dit de benodigde opsporingscapaciteit betekent, laat Hirsch Ballin weten: "Dat Nederland een belangrijke bron is van cyberaanvallen hangt vermoedelijk samen met de omstandigheid dat Nederland wereldwijd een van de grootste internetknooppunten is, een zeer goede technische infrastructuur heeft, en dat er veel hosting- en servercapaciteit in Nederland is." (Rejo Zenger)
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.