De statistieken van het aantal taps dat de AIVD op jaarbasis plaatst blijven vooralsnog geheim, zo heeft de rechtbank in Den Haag bepaald. Een journalist had om de openbaarmaking van de gegevens gevraagd, maar minister Plasterk van Binnenlandse Zaken weigerde dit met een beroep op de nationale veiligheid.
Daarop werd de zaak aan de rechter voorgelegd. Volgens de journalist zouden de tapstatistieken namelijk niets over de werkwijze van de AIVD zeggen. Daarbij werd ook naar een rapport van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten gewezen. In een recent gepubliceerd rapport betreurde de Commissie het dat de tapstatistieken geheim bleven. Het openbaar maken zou juist een bijdrage aan de openbare verantwoording van de AIVD leveren.
De journalist wees verder naar de ons omringende buurlanden België en Duitsland, waar tapstatistieken wel openbaar worden gemaakt. De Haagse rechtbank gaat daar niet in mee. De rechter oordeelde dat als het aantal taps per jaar door de AIVD over een langere periode wordt afgezet tegen de bekende dreigingen en technologische ontwikkelingen hierdoor wel inzicht kan worden verkregen in de werkwijze van de AIVD, zoals de capaciteit, de focus en de slagkracht van de AIVD, waarop personen en organisaties die in de aandacht van de AIVD staan, kunnen inspelen.
De rechtbank wijst er daarbij wel op dat in het licht van de controle en transparantie van de AIVD een ontwikkeling gaande is waarbij in de toekomst mogelijk anders met verzoeken om openbaarmaking wordt omgegaan, zoals de Commissie van Toezicht voorstaat en zoals in België en Duitsland nu al het geval is.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.