Inmiddels hebben 6500 Nederlanders hun internetprovider gevraagd om met de bewaarplicht te stoppen. Afgelopen maandag werd er via de website Stopdebewaarplicht.nu een campagne tegen de bewaarplicht gelanceerd. Via de website kunnen internetgebruikers eenvoudig hun provider vragen om te stoppen met de opslag van gedragsgegevens, omdat dit in strijd met een Europees mensenrechtenverdrag is.
Deze week vond ook het kort geding van verschillende maatschappelijke organisaties tegen de Staat en de bewaarplicht plaats. De landsadvocaat stelde tijdens zijn pleidooi dat er geen sprake van buitensporige privacyschending is. Daarnaast zou de bewaarplicht noodzakelijk voor de opsporingsdiensten zijn. Volgens Anke Verhoeven van SOLV Advocaten verviel de Staat weer in argumenten die al eerder in de antwoorden op Kamervragen werden gegeven.
Namelijk dat het arrest van het Hof van Justitie van de EU alleen zou zeggen dat de Europese richtlijn waarop de bewaarplicht is gebaseerd een schending van de grondrechten meebrengt. De wet waarin die richtlijn in Nederland is geïmplementeerd zou in tegenstelling tot de richtlijn wél rechtmatig zijn, omdat er waarborgen in staan die de toegang tot de opgeslagen data beperken. "Er is geen datazwembad waar iedereen naar hartenlust uit kan putten", zo liet landsadvocaat Ronald van den Tweel weten.
Volgens Verhoeven is dat een onhoudbaar argument. "Met name omdat het nu juist ongrondwettig wordt geacht om het bel en internetverkeer van álle burgers systematisch te bewaren zonder dat er enige verdenking bestaat. Natuurlijk moeten er ook waarborgen zijn voor toegang tot die grote pakhuizen vol met data, maar het enkele verzamelen op zichzelf is ook al een inbreuk op de privacy. Dat lijkt de Staat niet te begrijpen."
De advocate merkt op dat er nog een lastigste juridische hobbel is die de tegenstanders van de bewaarplicht moeten nemen om de bewaarplicht van tafel te krijgen. Namelijk de eis van ‘onmiskenbare onverbindendheid’. Een wet kan in een kort geding namelijk alleen buiten werking worden gesteld als deze onmiskenbaar onverbindend is, bijvoorbeeld doordat deze onmiskenbaar strijdig is met hoger recht. Een hoge drempel en rechters zouden dan ook terughoudend zijn met het onverbindend verklaren van wetgeving. Op 11 maart doet de rechter uitspraak.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.