De onlangs buitenwerking gestelde bewaarplicht telecomgegevens is van groot belang voor de opsporing en vervolging van ernstige misdrijven, zo stelt het Openbaar Ministerie (OM) in een vandaag gepubliceerd rapport. Toch laat het rapport niet zien in hoeveel zaken de bewaarplicht van doorslaggevend belang was of hoeveel zaken er alleen dankzij de bewaarplicht werden opgelost. Het rapport werd op 25 maart door het OM en de politie aan de minister van Veiligheid en Justitie aangeboden. De minister heeft het op zijn beurt, naar aanleiding van een debat over de bewaarplicht in de Tweede Kamer, doorgestuurd naar het parlement.
Het OM stelt in het rapport dat de opslag van verkeersgegevens, zoals via de bewaarplicht werd geregeld, niet over de inhoud van de communicatie gaat. "Het gaat om gegevens die aangeven wie, waar, wanneer en met wie in contact is geweest." Experts hebben echter meerdere keren gesteld dat aan de hand van metadata een zeer uitgebreid en gedetailleerd profiel van mensen hun privéleven is te maken.
"De NSA weet niet wat je precies zegt, "alleen" dat je vanaf de SOA-kliniek drie ex-partners hebt gebeld. En zo kunnen we nog wel even doorgaan. En dit zijn alleen nog maar gedragsgegevens over je telefoon. Stel je eens voor wat je kunt opmaken uit iemands internetgedrag", zo waarschuwde burgerrechtenbeweging Bits of Freedom al in 2013 aan de hand van de opslag van metadata door geheime diensten.
Het rapport van het OM beschrijft aan de hand van circa honderddertig recente vonnissen hoe verkeersgegevens worden gebruikt. In deze zaken vormden de verkeersgegevens een "belangrijk" onderdeel van de opsporingspuzzel. In veek cybercrime-zaken zijn de verkeersgegevens vaak het enige spoor, aldus het OM. "Belangrijk is ook dat verkeersgegevens niet alleen belastend bewijs, maar ook ontlastend bewijs kunnen vormen."
Doordat de bewaarplicht nu is afgeschaft kan de officier van justitie geen gegevens meer vorderen bij providers. Wel is het mogelijk om gegevens op te vragen die providers voor hun eigen bedrijfsvoering bewaren. Die set gegevens is beperkter en ook de bewaarperiode is korter. Daardoor wordt het volgens het OM veel ingewikkelder en geregeld ook onmogelijk om een opsporingsonderzoek op te starten of het bewijs in een zaak "rond" te krijgen.
De organisatie zegt dat het een misverstand is dat politie en OM zouden beschikken over een grote database met verkeersgegevens waaruit naar believen kan worden geput. "De verkeersgegevens berusten bij de providers; de officier van justitie doet een gerichte vordering naar aanleiding van een verdenking in een concrete zaak." Ook het rapport kan echter de noodzaak van de bewaarplicht niet aantonen. Landelijke cijfers over het aantal strafzaken waarin de verkeersgegevens "doorslaggevend" zijn geweest worden namelijk niet gegeven. Daardoor blijft onduidelijk welke rol de bewaarplicht speelt. Volgens het OM zijn deze cijfers echter niet te geven.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.