Staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie wil niet zeggen of de politie gebruik maakt van de software van het Italiaanse HackingTeam en of het bedrijf een presentatie aan de politie heeft geven. Dat blijkt uit Kamervragen die vanwege de hack bij HackingTeam aan de staatssecretaris werden gesteld.
Bij de inbraak in juli werd een grote hoeveelheid data van het Italiaanse bedrijf buitgemaakt, waaronder e-mails en broncode. Daaruit bleek dat er contact was geweest tussen HackingTeam en de Nederlandse politie. In een verklaring ontkende de politie echter dat het interesse in de software van HackingTeam had. Het Italiaanse bedrijf ontwikkelt software waarmee overheidsinstanties op afstand computers kunnen monitoren om bijvoorbeeld bewijs tegen verdachten te verzamelen.
Kamerleden Oosenbrug (PvdA) en Verhoeven (D66) wilden van Dijkhoff weten of de politie gebruik van de software van HackingTeam maakt, of er inderdaad een productpresentatie is gegeven en wat de gevolgen van de hack zijn voor het gebruik van de HackingTeam-software. Volgens de staatssecretaris brengt het verstrekken van informatie over welke specifieke software de opsporingsdiensten beschikken, testen en gebruiken grote risico’s met zich mee voor de inzetbaarheid van die middelen.
"Dit geldt dus ook voor het verstrekken van informatie omtrent de broncode, de robuustheid en de daarmee samenhangende veiligheidsvraagstukken. Ik kan hier derhalve geen informatie over verstrekken", aldus Dijkhoff in zijn antwoord (pdf). Hij stelt dat er altijd binnen de bestaande wet- en regelgeving wordt gehandeld.
Wel laat de staatssecretaris weten dat de politie beschikt over software die fysiek geïnstalleerd kan worden op de computer van een verdachte, waarmee opsporingsdiensten vervolgens volledige controle over het systeem krijgen. De inzet van dit middel beperkt zich volgens Dijkhoff alleen tot het opnemen van vertrouwelijke communicatie. Gebruik van deze software voor het heimelijk doorzoeken van gegevensdragers is binnen de wettelijke kaders niet toegestaan.
Volgens Dijkhoff kan inzet van dit middel alleen na voorafgaande goedkeuring door het OM plaatsvinden. De staatssecretaris ziet op dit moment geen aanleiding om het beleid dan wel wet- of regelgeving omtrent de keuring en de inzet van dergelijke middelen aan te passen. "De beschikbare technische hulpmiddelen voor het opnemen van vertrouwelijke communicatie worden voorafgaand aan de inzet gekeurd door de onafhankelijke keuringsdienst van de politie. Deze keuring is voornamelijk gericht op de authenticiteit en integriteit van het middel."
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.