Het gerechtshof Den Haag heeft in hoger beroep bepaald dat de AIVD en de MIVD geen telefoongesprekken van advocaten mogen afluisteren. Dit aftappen mag alleen indien op deze vorm van tappen onafhankelijk toezicht wordt uitgeoefend, maar dit toezicht ontbreekt op dit moment.
Het hof bekrachtigt hiermee de uitspraak van de voorzieningenrechter, die eerder tot een zelfde uitspraak kwam. Op grond van de wet (de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten) mogen de geheime diensten telefoongesprekken afluisteren. Aan die gesprekken kunnen ook advocaten deelnemen, bijvoorbeeld omdat de advocaat zelf een doelwit van de diensten is of omdat een doelwit dat wordt afgeluisterd een telefoongesprek voert met zijn advocaat.
Volgens het Hof is het probleem dat gesprekken tussen een advocaat en zijn cliënt vertrouwelijk zijn en dat daarop slechts in bijzondere gevallen inbreuk mag worden gemaakt. De huidige wet regelt echter niets over de bijzondere positie van advocaten. Eerder stelde het Europese Hof voor de Rechten van de Mens al dat het afluisteren van advocaten alleen is toegestaan als bijzondere waarborgen zijn getroffen. Met name moet er sprake zijn van onafhankelijk toezicht op dat afluisteren. Dat onafhankelijk toezicht ontbreekt op dit moment.
De voorzieningenrechter had in zijn vonnis van 1 juli de Staat bevolen het afluisteren te staken als het onafhankelijke toezicht op het afluisteren niet binnen zes maanden zou zijn geregeld. Het Hof verwerpt het argument van de Staat dat deze termijn te kort is om de noodzakelijke wetgeving te regelen. Volgens het Hof had de Staat de uitspraak van de voorzieningenrechter al geruime tijd kunnen zien aankomen. Ook is het Hof er niet van overtuigd dat het noodzakelijk is de wet te wijzigen. Een beleidswijziging zou in beginsel ook voldoende kunnen zijn.
De voorzieningenrechter had de diensten ook verboden om informatie, afkomstig van afgeluisterde gesprekken waaraan een advocaat deelneemt, met het Openbaar Ministerie te delen. Dit verbod heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk in werking laten treden. Ook hierin is het Hof het met de voorzieningenrechter eens. "Het is in strijd met het recht van de verdachte op een eerlijk proces dat de inhoud van vertrouwelijke gesprekken met zijn advocaat bij het openbaar ministerie bekend zouden kunnen worden."
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.