De Vereniging van Amerikaanse kranten (NAA) wil dat de toezichthouder FTC een onderzoek naar adblockers instelt, omdat die de Amerikaanse wetgeving zouden overtreden. De Amerikaanse burgerrechtenbeweging EFF is echter bang dat populaire privacysoftware hier de dupe van kan worden.
De NAA, die bijna 2.000 kranten in de Verenigde Staten vertegenwoordigt, stelt dat bepaalde adblocktechnologie de wetgeving van de FTC overtreedt met betrekking tot oneerlijke en misleidende praktijken. Het gaat dan bijvoorbeeld om adblockers die betaalmuren kunnen omzeilen of bestaande advertenties door andere advertenties vervangen. Vooral het verbod dat de NAA op adblockers wil die betaalmuren kunnen omzeilen baart de EFF zorgen.
"Ongeacht de reden of het gevolg moeten gebruikers software kunnen gebruiken die anonimiteit biedt bij het bezoeken van websites", aldus de burgerrechtenbeweging. Volgens de EFF hebben internetgebruikers veel geldige redenen om zich niet door websites te laten volgen. "Daarom hebben moderne browsers ook een "private" of "incognito" mode. Het is ook één van de belangrijkste features van het Tor-netwerk."
Het verbieden van privacysoftware omdat het met de betaalmuren van sommige kranten conflicteert zou dan ook niet in het belang van internetgebruikers zijn, zo laat de burgerrechtenbeweging verder weten. De EFF is geen tegenstander van het aanpakken van partijen die de internetervaring ongewenst aanpassen. De FTC moet echter voorzichtig zijn dat het de autonomie en controle niet bij internetgebruikers wegneemt. Een verbod op anoniem internetten of het laten vervangen van advertenties zou die autonomie niet respecteren. Het zou juist laten zien dat uitgevers bepalen wat er met de browser gebeurt, in plaats van gebruikers, aldus de EFF.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.