De politie moet meer bevoegdheden krijgen om criminelen op internet aan te pakken, zoals het wetsvoorstel computercriminaliteit III mogelijk maakt, zo stelt korpschef Erik Akerboom. Ook vindt Akerboom dat de politie op een goudmijn aan informatie zit, maar wordt hier weinig gebruik van gemaakt.
"De traditionele misdaadcijfers dalen, maar hoe betrouwbaar zijn zulke statistieken nog? Steeds meer misdaad digitaliseert en raakt buiten ons blikveld. Als wij onlinemisdrijven mee konden tellen, doen ze de daling van de traditionele misdaad ongetwijfeld teniet. Wij hebben onvoldoende zicht. Daar moet verandering in komen. En snel, want de tijd dringt", zegt de korpschef op de eigen website van de politie.
Volgens Akersboom telt het digitale aspect steeds zwaarder mee in de opsporing, hoewel hij geen cijfers geeft. "Tot een paar jaar geleden wisselden criminelen regelmatig van simkaart of gsm. Nu werken ze met smartphones voorzien van Pretty Good Privacytechniek. Versleutelde communicatie die rechercheurs het nakijken geeft, is gemeengoed in het criminele circuit."
Om de ontwikkelingen van criminelen bij te houden zijn er meer bevoegdheden vereist, claimt Akerboom. "Daarom pleiten wij voor invoering van de nieuwe wet op de computercriminaliteit. Die verschaft ons mogelijkheden om duistere praktijken op internet aan te pakken zoals het hoort. Bittere noodzaak, want de huidige strafvorderlijke bevoegdheden bieden op dit punt onvoldoende soelaas."
Naast meer bevoegdheden verwacht de korpschef ook veel van de informatie waar de politie over kan beschikken. "Het is hoog tijd om die optimaal te ontginnen. Van de schat aan informatie waarover de politie beschikt, gebruiken we nu namelijk slechts ongeveer een kwart. We ontsluiten alsmaar meer data. Via sociale media, digitaal beslag, het onderscheppen van communicatie, het doorzoeken van databases, enzovoort. Het verwerken van gigantische hoeveelheden gegevens wordt aanzienlijk belangrijker. Daar hebben we meer data-analisten voor nodig."
Binnen de politie is er een speciale voorziening genaamd de Raffinaderij die in hoog tempo data kan ontsluiten. "Uit open bronnen, in beslag genomen telefoons, automatische kentekenregistratie en noem maar op. Met dit instrument duiden we de betekenis van data, visualiseren we die en leggen we verbanden tussen ogenschijnlijk ongerelateerde gebeurtenissen", stelt Akerboom. Hij ziet de Raffinaderij als voorbeeld voor de politie om meer informatie te verwerken.
Eigenlijk is zijn korps een enorme informatiefabriek, vindt de korpschef: "Data verwerken hoort een corebusiness voor de politie te zijn." Als iemand beseft dat de politie op een goudmijn aan informatie zit, is het volgens Akerboom wel de beroepscrimineel: "Die doet er technisch en tactisch alles aan om zich toegang te verschaffen tot onze informatie. Corruptie inbegrepen. Wij vormen nu één korps, waardoor steeds meer informatiesystemen landelijk beschikbaar komen voor steeds meer collega’s."
Hier kleven ook risico's aan, gaat Akerboom verder. "Het hanteren van diverse screeningsniveaus is wezenlijk, maar het komt vooral aan op attent en zorgvuldig handelen. Op integriteit en verantwoordelijkheidsbesef tonen. En op specialisten in huis halen, die exact snappen wat er in de hoofden van bijvoorbeeld hackers omgaat. Want wie een tegenstander een stap voor wil blijven, moet begrijpen hoe deze denkt."
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.