Er zijn nog altijd veel vragen over de uitleg en naleving van de AVG, zo heeft minister Dekker voor Rechtsbescherming in een brief aan de Tweede Kamer laten weten. De minister besloot de ervaringen met de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (UAVG) te inventariseren. Deze Uitvoeringswet moet de overgang van de oude naar de nieuwe privacyregels in Nederland faciliteren.
Volgens Dekker blijkt uit de inventarisatie dat er over de uitleg van de AVG en UAVG veel vragen leven. "Deze behoefte zien we vooral bij kleinere maatschappelijke organisaties, zoals vrijwilligersverenigingen, sportverenigingen en kerkgenootschappen", aldus de minister. Ook zijn er zorgen over de ruimte die organisaties hebben voor het verwerken van gegevens. "Er is evenwel vaak meer ruimte dan wordt aangenomen", merkt Dekker op. Zo wordt er soms gedacht dat het niet meer mogelijk is om kerkdiensten via radio of televisie uit te zenden, terwijl dat nog steeds kan, mits er aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan en passende waarborgen zijn getroffen. Ook wanneer het gaat om het publiceren van foto's op websites van sportclubs is hier nog steeds ruimt voor.
Een ander punt waar de minister op wijst is dat er klachten zijn over de toename van administratieve lasten door de AVG. Het gaat dan bijvoorbeeld om de verplichting tot het vastleggen van een verleende toestemming om persoonsgegevens te verwerken. Deze verplichting is volgens Dekker niet nieuw. Ook bij de Wet bescherming persoonsgegevens, de voorloper van de AVG, moest dit kunnen worden aangetoond. In sommige gevallen kan de vereiste toestemming periodiek worden gevraagd, zoals bij publicatie van foto’s door sportclubs, of is publicatie op een afgeschermde website een oplossing.
Dekker erkent dat de registerplicht van de AVG wel nieuw is. Organisaties zijn verplicht om een intern register van de verwerkingsactiviteiten bij te houden. Het kabinet heeft van kleine ondernemingen en kleine maatschappelijke organisaties signalen over de last van de registerplicht ontvangen en zal nu onderzoeken wat deze signalen voor de evaluatie van de AVG kunnen betekenen.
Een ander punt dat uit de inventarisatie van de AVG naar voren komt is dat organisaties willen weten of ze de nieuwe privacywetgeving goed naleven. De minister wijst naar de mogelijkheid om binnen branches een gedragscode op te stellen of een AVG-certificaat aan te vragen. "Al met al komt uit de inventarisatie het beeld naar voren dat er sowieso een sterke behoefte bestaat en voorlopig blijft bestaan aan voorlichting en uitleg. Daarnaast blijkt dat sommige knelpunten ook door voorlichting zijn op te lossen, bijvoorbeeld de gevallen waarin er meer ruimte is dan wordt verondersteld", concludeert Dekker. Het kabinet zal de de AVG en de UAVG uiterlijk 25 mei 2020 en respectievelijk 25 mei 2021 evalueren.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.