De FBI heeft zelf een methode ontwikkeld om twee vergrendelde iPhones van de Pensacola-schutter te ontgrendelen. Bij de schietpartij op een Amerikaanse marinebasis die vorig jaar december plaatsvond kwamen drie mensen en de schutter om het leven.
Apple verstrekte allerlei informatie over de verdachte aan de FBI, maar liet weten dat het geen backdoor zou ontwikkelen om de data op het toestel te benaderen. Uiteindelijk lukte het de Amerikaanse opsporingsdienst zelf om de toestellen te ontgrendelen. Bij de presentatie van de resultaten moest Apple het ontgelden. Zowel de Amerikaanse minister van Justitie Barr als FBI-directeur Wray hadden felle kritiek op het techbedrijf.
"We ontvingen geen effectieve hulp van Apple. We hebben elke partner, elk bedrijf benaderd dat mogelijk een oplossing had om toegang tot deze telefoons te krijgen. Niemand had een oplossing, ongeacht wat sommigen in de media beweerden. Dus hebben we het zelf gedaan", aldus Wray. "Helaas is de methode die we ontwikkelden geen oplossing voor ons grotere Apple-probleem. De toepassing is vrij beperkt, maar het heeft een groot verschil in dit onderzoek gemaakt."
Volgens de FBI-directeur zijn medewerkers van de opsporingsdienst maanden bezig geweest om uiteindelijk toegang te krijgen. Medewerkers die niet voor andere zaken konden worden ingezet. Ook zou de vertraging om de toestellen te ontgrendelen het onderzoek hebben gehinderd. "We hadden het bewijs maanden geleden nodig, toen de rechtbank de zoekbevelen verstrekte", stelt Wray.
De FBI-directeur liet vervolgens weten dat het gebrek aan rechtmatige toegang bij allerlei zaken terugkomt. "Amerikanen moeten begrijpen dat dit niet alleen een probleem voor opsporingsdiensten is. Het gebrek aan rechtmatige toegang hindert onze werkzaamheden, maar het niet beschikbaar worden van bewijs raakt met name onschuldige mensen, de mensen waarvan we hebben beloofd ze te beschermen", merkte Wray op.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.