De meeste telecomstoringen in de Europese Unie worden veroorzaakt door menselijke en systeemfouten, zoals defecte hardware en graafwerkzaamheden, en niet door aanvallen. Dat meldt het Europees agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging (ENISA). Telecombedrijven zijn verplicht om de oorzaken en impact van grote storingen te rapporteren bij nationale toezichthouders. Die delen deze gegevens vervolgens met ENISA.

Vorig jaar ontving ENISA informatie over 153 incidenten. Die werden voornamelijk veroorzaakt door defecte hardware, stroomstoringen, defecte software-updates, softwarebugs en doorgesneden kabels. "Kwaadaardige acties" waren voor vijf procent van de storingen verantwoordelijk. Ook de impact van kwaadaardige acties is veel kleiner dan bij systeemfouten, die voor veel langere storingen zorgen.

Wanneer er naar de afgelopen jaren wordt gekeken is het beeld nauwelijks veranderd. Vanaf 2016 gemeten waren systeemfouten voor 412 van de in totaal 637 gerapporteerde incidenten verantwoordelijk, gevolgd door menselijke fouten met 119 incidenten. Natuuroorzaken zoals branden en overstromingen waren de oorzaak van 70 incidenten. Slechts 25 incidenten werden toegeschreven aan kwaadaardige acties, aldus ENISA.

Het agentschap heeft nu een tool online gezet waarmee eenvoudig kan worden gekeken wat de oorzaken van incidenten en storingen van de afgelopen jaren waren en hoe lang die duurden. In de komende weken zal ENISA de jaarlijkse rapporten over telecomstroringen publiceren.