De Belgische justitie seponeert de meeste aangiftes van internetfraude, zo blijkt uit cijfers die minister van Justitie Koen Geens openbaar heeft gemaakt. Jaarlijks doen twintigduizend Belgen aangiften van internetfraude. Tussen 2014 en 2018 werd driekwart van de dossiers geseponeerd.
Een kleine zeven procent belandde voor de rechtbank. "De hoofdreden hiervoor is omdat de Belgische parketten en politie niet over voldoende middelen beschikken om internetfraude efficiënt te vervolgen", zegt Groen-parlementslid Stefaan Van Hecke tegenover VRT NWS. Hij voegt toe dat de parketten en politie onderbemand zijn en er onvoldoende wettelijk kader is om met het buitenland samen te werken.
Volgens Geens houden de huidige wettelijke instrumenten nog onvoldoende rekening met de snelheid waarmee criminelen gebruikmaken van de internationale mogelijkheden enerzijds en de vluchtigheid van de digitale bewijzen anderzijds. "Daarenboven zijn overheden steeds vaker afhankelijk van grote private spelers op het internet wiens eigen beleid inzake medewerking met het gerecht niet altijd strookt met de wettelijke vereisten", stelt Geens.
Van Hecke denkt dat het werkelijke aantal slachtoffers hoger ligt, omdat veel mensen uit schaamte geen aangifte zouden doen. "Er is vaak schaamte, omdat men zich heeft laten "vangen". Justitie ontvangt tot 20.000 klachten/jaar, maar het is het topje van de ijsberg. Middelen ontbreken om de daders te kunnen vatten. Maar we mogen de slachtoffers niet in de steek laten", laat hij via Twitter weten.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.