De Belastingdienst onderzoekt de mogelijkheden om een track en trace-systeem in te voeren voor ingekomen poststukken. Daarmee moet worden voorkomen dat brieven en andere documenten die naar de fiscus worden gestuurd en daar aankomen vervolgens onvindbaar zijn of dat het lang duurt voordat bekend is wie de brief behandelt. Dat laat staatssecretaris Vijlbrief van Financiën weten op Kamervragen van de VVD.
VVD-Kamerlid Lodders wilde van de staatssecretaris weten of het klopt dat poststukken met enige regelmaat wel bij de fiscus aankomen, maar vervolgens ter plekke onvindbaar zijn. "Deze voorbeelden zijn helaas bekend. Ik ben mij bewust van de impact bij burgers, bedrijven en intermediairs wanneer een poststuk zoekraakt of vertraagd is. Ik zie de noodzaak van en ben bereid om te investeren in een breed toepasbare oplossing bij de Belastingdienst", reageert Vijlbrief.
Volgens Lodders kan een track en trace-systeem voor ingekomen poststukken bij de fiscus helpen om procedures en afhandeling te bespoedigen en doorlooptijden te verminderen. Iets waar Vijlbrief het mee eens is. "Ik acht het van groot belang dat stukken tijdig worden behandeld. In de massaliteit van de stukkenstroom bij de Belastingdienst gaat percentueel en in aantallen verreweg het meeste goed. Maar ook om het laatste deel dat niet goed gaat te verbeteren, lopen er diverse trajecten."
Zo voert de Belastingdienst gesprekken met externe partijen over een track en trace-systeem en wordt er gekeken naar het uitbreiden van bestaande functionaliteiten om stukken te volgen. Daarnaast loopt er binnen de fiscus een onderzoek naar de verdere mogelijkheden van een track en trace-systeem. In het tweede kwartaal van dit jaar worden de resultaten van het onderzoek verwacht en gedeeld, merkt de staatssecretaris op.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.