Telecomproviders mogen zonder toestemming van hun klanten geanonimiseerde locatiegegevens met derde partijen delen. Of dit in het geval van de samenwerking tussen T-Mobile en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) volgens de regels is gegaan wordt nog altijd door het Agentschap Telecom en de Autoriteit Persoonsgegevens onderzocht, zo laat demissionair minister Blok van Economische Zaken weten op Kamervragen.
In maart werd bekend dat T-Mobile vanaf september 2017 tot en met december 2019 locatiegegevens van klanten met het CBS deelde. Het CBS had alle mobiele providers in Nederland gevraagd om aan een proef met het delen van data deel te nemen. Alleen T-Mobile had op dat moment interesse. De overeenkomst tussen het statistiekenbureau en de telecomprovider was reden voor het CDA, D66 en GroenLinks om Kamervragen te stellen.
"De Telecommunicatiewet maakt het de aanbieders van telecommunicatiediensten mogelijk om zonder toestemming van de gebruikers locatiegegevens te verwerken onder de voorwaarde dat deze gegevens zijn geanonimiseerd. Na de anonimisering mogen de gegevens, als de aanbieders van telecommunicatiediensten dat zouden willen, ook met derden worden gedeeld", stelt Blok op de vraag of het delen van data wel is toegestaan.
De minister merkt op dat het CBS en T-Mobile hebben aangegeven dat het CBS inzicht heeft gehad in gegevens die niet herleidbaar zijn tot klanten en dat de gegevens waar het om gaat geen exacte plaatsbepaling aangeven. "Dit neemt niet weg dat er toch vragen zijn gerezen over het verstrekken van gegevens van T-Mobile aan het CBS. Daarom is er een onderzoek ingesteld door het Agentschap Telecom daarin bijgestaan door de Autoriteit Persoonsgegevens." Wanneer het onderzoek zal zijn afgerond kan Blok niet zeggen.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.