De Autoriteit Persoonsgegevens gaat niet goed om met burgers die ontevreden zijn over de behandeling van hun privacyklachten, zo stelt de Nationale ombudsman. In de afgelopen vier jaar klaagden ruim tweehonderd burgers bij de ombudsman over hoe de privacytoezichthouder omgaat met hun privacyklacht en de werkwijze van de AP. De klachten gingen vooral over de behandelduur van privacyklachten en de informatieverstrekking en de behandeling door de AP.
Bij de Autoriteit Persoonsgegevens lagen eind vorig jaar 9.800 privacyklachten van burgers 'op de plank'. Als de toezichthouder de privacyklacht vervolgens behandelt en er een beslissing over neemt, is het voor burgers niet duidelijk wat ze kunnen doen als ze het er niet mee eens zijn. Zo is er onduidelijk hoe er bezwaar tegen een beslissing kan worden gemaakt. En burgers die ervoor kiezen hun ongenoegen daarover te uiten, lijken daar vaak niet verder mee te komen.
Volgens de ombudsman denkt de Autoriteit met name vanuit regels en onmogelijkheden en te weinig vanuit oplossingen of het perspectief van de burger, waardoor de klachtprocedure stokt. De ombudsman stelt dat de privacytoezichthouder onder druk staat, maar dat capaciteitsproblemen geen excuus mogen zijn voor de manier waarop er met ontevreden burgers wordt omgegaan. "Niet het belang van burgers, maar dat van de organisatie lijkt voorop te staan", zegt ombudsman Reinier van Zutphen.
Van Zuthpen stelt dat de overheid op een behoorlijke manier met burgers moet omgaan. "Door problemen met burgers waar mogelijk te voorkomen of anders professioneel op te lossen. De manier waarop de Autoriteit nu werkt, voldoet niet aan wat we van hen mogen verwachten." Om de situatie te verbeteren doet de ombudsman verschillende aanbevelingen. Zo moeten burgers kunnen opkomen tegen beslissingen op privacyklachten en moet de AP openstaan voor klachten over het eigen handelen.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.