De VVD heeft Kamervragen gesteld over het verzamelen van privégegevens van ggz-patiënten door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Zorgaanbieders en behandelaren zijn vanaf 1 juli verplicht om de "zorgvraagtypering" bij de NZa aan te leveren. Het betreft een vragenlijst die een behandelaar over zijn patiënt invult. Het gaat dan om zaken als problematisch alcohol- of drugsgebruik, hyperactief, agressief, destructief of geagiteerd gedrag, problemen als gevolg van hallucinaties en waanvoorstellingen, suïcidepogingen en gedachten over suïcide, problemen met relaties en overige psychische en gedragsproblemen.
"De zorgvraagtypering geeft een belangrijk inzicht in welke zorg en hoeveel zorg er nodig is voor patiënten. De aanlevering van HoNOS+ vragen is nodig voor de doorontwikkeling om dit inzicht te verbeteren", aldus de NZa. De Autoriteit Persoonsgegevens deed onderzoek naar het plan en stelde afgelopen december dat het, mits enkele beperkingen, mag plaatsvinden. Zo heeft de NZa aan de privacytoezichthouder verklaard dat zij geen gegevens zal ontvangen die rechtstreeks te herleiden zijn tot individuele patiënten.
De NZa had eerder al aangegeven dat de ontvangen informatie gedepersonaliseerd is en niet valt te herleiden tot individuele patiënten, maar dat het over aanvullende informatie beschikt om dit wel te doen. Volgens de Autoriteit Persoonsgegevens heeft de Zorgautoriteit aangegeven dat zij ontvangen informatie niet zal koppelen aan informatie waarmee individuele personen zijn te herleiden. Afgelopen maandag werd bekend dat een groep behandelaren en cliënten in de ggz een rechtszaak tegen de NZa start wegens het verzamelen van de privégegevens van ggz-patiënten.
De VVD wil nu opheldering van ministers Kuipers van Volksgezondheid, Helder voor Langdurige Zorg en Weerwind voor Rechtsbescherming. "Is bekend bij cliënten en patiënten wie de verstrekte gegevens in kan zien? Is het gerechtvaardigd dat deze personen de bepaalde gegevens van patiënten mogen bekijken? Zal er gebruik worden gemaakt van logging om bij te houden wie welke gegevens heeft bekeken?", willen VVD-Kamerleden Rajkowski en Van den Hil weten.
De bewindslieden moeten ook duidelijk maken waarom de NZa de specifieke informatie uit de scorelijst nodig heeft en op welk metaniveau de gegevens worden gedeeld. "Kunnen er specifieke persoonsprofielen gekoppeld worden aan de gedeelde gegevens? Hoe kunnen de gegevens meer geanonimiseerd worden om dit te voorkomen?", vragen Rajkowski en Van den Hil verder. Tevens zijn de ministers gevraagd hoe de belofte van de NZa dat het data niet gaat koppelen waardoor personen zijn te identificeren kan worden bestendigd. De bewindslieden hebben drie weken om met een reactie te komen.
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.