De overheid weet steeds meer over de burger, maar de burger steeds minder over de overheid en de balans begint ernstig zoek te raken, zo stelde Pieter Omtzigt gisteren tijdens de derde Binnenhoflezing. Volgens Omtzigt zijn de technische middelen om veel informatie te verzamelen over burgers de afgelopen jaren enorm geworden. "Daarmee kunnen allerlei instanties, de eigen overheid, vreemde mogendheden maar ook bedrijven en andere niet-statelijke actoren enorme hoeveelheden informatie verzamelen op een relatief eenvoudige manier."
Omtzigt voegde toe dat de Nederlandse overheid op verschillende momenten uit de bocht is gevlogen met dataverzameling en met grondrechten. "Het gebeurt maar in de minderheid van de gevallen maar overschaduwt al het andere werk en holt het vertrouwen in de rechtstaat uit." Het gaat onder andere om de zwarte lijsten bij de Belastingdienst en de dataverzameling en inbreuk op grondrechten tijdens de coronatijd.
"Bij een overheid die zo diep ingrijpt in de gegevens van haar burgers en de in grondrechten, dienen de burgers in ieder geval de overheid te kunnen controleren. Dat valt de afgelopen tijd tegen", ging Omtzigt verder. "We zagen al dat de Belastingdienst zich totaal niet aan de AVG houdt, terwijl elke sportclub en elke school maatregelen over foto’s en telefoonnummers moet nemen."
Omtzigt merkte op dat de overheid ongekend hard is tegen mensen aan de onderkant van de samenleving. "Die worden de facto niet beschermd." Daarnaast zorgt de AVG er niet voor dat de gewone burger bij de Belastingdienst wordt beschermd. Aan de andere kant worden uit huis geplaatste kinderen in het toeslagenschandaal niet geholpen vanwege de AVG en konden Russische oligarchen van de privacywetgeving profiteren. "Als je er in een oorlogssituatie maanden over doet een uitzonderingsregeling te maken, dan beschermt die AVG effectief oligarchen, die tijd zat hadden om dingen weg te sluizen", stelde Omtzigt.
Het Kamerlid liet ook weten dat hij komende week met een rapport komt over de inzet van spyware zoals Pegasus. "Je kunt daarmee, zonder dat de eigenaar het weet of ergens op geklikt heeft, de telefoon uitlezen, de microfoon en camera gebruiken. Dit gaat dus verder dan Orwell in 1984, waar je ten minste nog voor het scherm moest gaan staan en wist wanneer Big Brother op je lette. Dat weten we nu niet meer. Het is ingezet in democratische landen als Griekenland, Polen en Spanje tegen politieke tegenstanders."
Omtzigt stelde dat we niet opletten, terwijl onze democratieën langzaam wegglijden en verkeerd gebruik van data ongekende mogelijkheden heeft. "Deze ontwikkelingen vereisen veel meer waakzaamheid, want ongewild leggen we zeer kwetsbare infrastructuren aan en zijn we ongelooflijk laks met de bescherming van onze eigen burgerrechten. We hebben gezichtsherkenning met camera’s, nummerbordherkenning, opslag van passagiersgegevens, wifi-tracking en weten dus vaak wanneer iemand waar is. Koppel daaraan belastinggegevens, het elektronische patiëntendossier en meer en je hebt een controlestaat voor je het weet."
Afsluitend liet Omtzigt weten dat als eerste de informatie en machtsbalans hersteld moeten worden. Daarnaast moet de Kamer zich focussen op de hoofdtaken en zou het publieke debat daar ook over moeten gaat. Verder moeten grondrechten afdwingbaar zijn, moet de rechtsstaat bescherming bieden en zou de kamer zelf een grondrechtencommissie instellen. "Want de eerste die op grondrechten moet toetsen is de Kamer en niet de rechter."
Deze posting is gelocked. Reageren is niet meer mogelijk.