Volgende week vindt de rechtszaak plaats die stichting Privacy First tegen de Staat heeft aangespannen wegens het ANPR-cameratoezicht. Volgens de stichting is de ANPR-wet in strijd met het Europees privacyrecht. Onder de ANPR-wet worden de kentekens van miljoenen passerende voertuigen, alsmede additionele gegevens zoals locatie, tijdstip en foto van voertuigen, voor een periode van 28 dagen opgeslagen. "Ongeacht of men ergens van verdacht wordt", aldus Privacy First.
De privacystichting noemt de grootschalige opslag van gegevens niet noodzakelijk, volstrekt disproportioneel en bovendien ineffectief. "Bovendien ontbreekt toezicht en kan het systeem eenvoudig worden misbruikt. De huidige ANPR-wet vormt daarmee een massale privacyschending en hoort simpelweg niet thuis in een vrije democratische rechtsstaat." Met de rechtszaak wil Privacy First de ANPR-wet buiten werking laten stellen.
Eind 2021 vond reeds een kort geding van Privacy First tegen de ANPR-wet plaats. In deze zaak oordeelde de rechtbank Den Haag dat er geen sprake was van voldoende spoedeisend belang. Daarop besloot de stichting om de zaak voort te zetten als bodemprocedure. Begin vorig jaar werd daarvoor een uitgebreide dagvaarding ingediend. Begin dit jaar verklaarde de rechtbank Den Haag Privacy First in deze zaak ontvankelijk en volgende dinsdag 12 maart vindt de rechtszitting plaats.
Indien nodig zegt Privacy First de zaak tot de hoogste rechterlijke instanties voort te zetten, waaronder het Europees Hof van Justitie in Luxemburg. Gezien Europese jurisprudentie denkt Privacy First dat de kans op een succesvolle rechtsgang buitengewoon hoog is.
Je bent niet ingelogd en reageert "Anoniem". Dit betekent dat Security.NL geen accountgegevens (e-mailadres en alias) opslaat voor deze reactie. Je reactie wordt niet direct geplaatst maar eerst gemodereerd. Als je nog geen account hebt kun je hier direct een account aanmaken. Wanneer je Anoniem reageert moet je altijd een captchacode opgeven.