De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) is bang dat gegevens van burgers die niet verdacht worden van misdrijven door het nieuwe Wetboek van Strafvordering toch in politiesystemen belanden, wat grote gevolgen kan hebben. De privacytoezichthouder heeft dan ook bezwaar tegen de aanpassing van het Wetboek en stelt dat het kabinet de plannen moet aanpassen. Volgens de AP wil het kabinet in het nieuwe Wetboek van Strafvordering de mogelijkheden voor politie en justitie om grote hoeveelheden persoonsgegevens te verzamelen flink uitbreiden.
In de wet wordt echter nagelaten belangrijke rechten en vrijheden voldoende te beschermen. Zo worden gegevens die niet relevant zijn voor het opsporingsonderzoek te lang bewaard, is het eventuele hergebruik van verzamelde gegevens voor een ander doel niet duidelijk genoeg geregeld en ontbreken regels voor het analyseren en onderzoeken van grote databestanden. "Het voorstel houdt bovendien onvoldoende rekening met Europees recht en uitspraken van het Hof van Justitie van de EU. De minister moet het voorstel daarom aanpassen", zo stelt de toezichthouder.
"Natuurlijk moeten politie en justitie in dit digitale tijdperk moderne bevoegdheden hebben om criminaliteit op te sporen. Maar het kabinet lijkt nu te vergeten de noodzakelijke vangrails te bouwen. Zo moet er vaker een rechter tussen zitten, bijvoorbeeld voordat de politie in een in beslag genomen smartphone mag kijken", zegt AP-voorzitter Aleid Wolfsen. "Als je grote hoeveelheden persoonsgegevens verzamelt, dan is de kans groot dat daartussen ook gegevens zitten van mensen die niets met criminaliteit te maken hebben."
Volgens Wolfsen kan het grote gevolgen voor onschuldige mensen hebben als hun gegevens in politiesystemen terechtkomen. "Waar rook is, is vuur, denkt men vaak. Dus als jouw naam in de politiesystemen opduikt ook al heb je niets verkeerds gedaan, dan kan je daar toch problemen mee krijgen. Bijvoorbeeld als de politie niet goed registreert dat je helemaal geen verdachte bent, dan kan toch het idee ontstaan dat je iets met criminaliteit te maken hebt."
De AP stelt dat dergelijke problemen en risico's zijn te voorkomen door verzamelde gegevens die voor het opsporingsonderzoek niet relevant zijn, meteen te vernietigen. "Maar het kabinet wil maar een beperkte vernietigingsplicht, alleen voor data die de politie heeft verkregen door te hacken. En dus niet voor bijvoorbeeld gegevens van smartphones en laptops die de politie in beslag neemt."
Wolfsen voegt toe dat politie 'bakken vol data' binnenhaalt, ook van mensen die ooit met een verdachte hebben gemaild, geappt of gebeld, maar niets met criminaliteit te maken hebben."Dan moet je ook een goed plan hebben wat je doet met de data die je niet nodig hebt." De toezichthouder wil ook meer waarborgen om te voorkomen dat verzamelde gegevens voor andere doelen worden hergebruikt. "We moeten voorkomen dat gegevens die bijvoorbeeld met ingrijpende bevoegdheden in een moordonderzoek zijn verzameld, vervolgens zomaar worden gebruikt om bepaalde demonstranten in de gaten te houden."
Tot slot moeten er regels komen voor het analyseren van grote databestanden met persoonsgegevens. Die staan nu niet in de wet. De AP vindt dat het kabinet de bescherming en verwerking van persoonsgegevens, die voor de opsporing zijn verzameld, bij voorkeur regelt in een aparte wet. "Dat is afgeblazen, omdat dat teveel geld zou kosten. Terwijl het hier gaat om grondrechten", merkt Wolfsen op.
Je bent niet ingelogd en reageert "Anoniem". Dit betekent dat Security.NL geen accountgegevens (e-mailadres en alias) opslaat voor deze reactie. Je reactie wordt niet direct geplaatst maar eerst gemodereerd. Als je nog geen account hebt kun je hier direct een account aanmaken. Wanneer je Anoniem reageert moet je altijd een captchacode opgeven.